Bevallingsverhaal: “Nadat ik de legendarische woorden ‘Dit is de beste bevalling ooit’ riep, ging het helemaal mis

| ,

Ik schrik wakker… Plas ik nou net in m’n broek of droomde ik dat? Ik schuifel naar de wc en zie vooral veel slijm (sorry voor de details). De slijmprop, ik herken dat kleine kreng uit duizenden. Bij mijn eerste kwam deze een dag voor de bevalling begon. Mijn hart maakt een sprongetje. Ik ben vier dagen “over tijd” en in tegenstelling tot de vorige keer, heb ik echt nul last van voortekenen. Het is pas 6u ‘s morgens en ik krijg het geniale idee om alvast mijn tanden te poetsen en wat mascara op te doen. Als ik de baby dan misschien vandaag ga ontmoeten, zie ik er in ieder geval nog een beetje goed uit. Iets met eerste indruk. Ik kruip terug in bed en maak mijn man wakker. Daarna bel ik de verloskundige. Mijn man en ik kletsen nog even in bed als ik merk dat ik krampen voel. Ik moet soms zelfs even focussen en begin als vanzelf al wat te zuchten. Ik sta meteen op scherp. De slaapkamer is een rommel. Ik trek mijn man het bed uit en samen vouwen we wat was weg en maken de kamer aan kant. Het plan is dat ik thuis in een bevalbad ga bevallen, dus moet het opgeruimd zijn. Daarna halen we samen ons dochtertje Olivia van 1,5 jaar uit bed. Terwijl ik haar was opruim, worden de krampen al wat intenser. Het is ondertussen zo’n 8 uur ‘s morgens. Ze kijkt me met grote ogen aan terwijl ik op m’n tenen een wee weg wieg. Ik had net nog praatjes, maar ik voel mezelf langzaam wegzakken in een bubbel. Beneden probeer ik nog gauw wat te ontbijten, maar ik zit al snel op m’n knieën achterstevoren op de bank. Een bekende houding, zo zat ik de eerste keer uren achter elkaar.

Ik herinner mij hoe fijn ik het bad vond de vorige keer, dus ga ik vast in ons eigen bad, terwijl mijn man met onze dochter bezig is. Ik zit lekker in de bevalling, ik voel aan alles dat dit heel anders is. De weeën volgen elkaar mooi op, komen elke twee minuten en duren een minuut. Ik voel wat er gebeurt met mij en met de baby tijdens elke wee. Hoe hard mijn buik wordt en hoe de wee als een golf komt. Zo anders dan de eerste keer, toen ik uren in een storm zat zonder pauze. In mijn handen heb ik twee edelstenen die ik tegen mijn buik duw. Dit zou pijn verlichten en ik ben een sucker voor zulke dingen. Noem het bijgeloof, maar het gaf mij een soort controle en ik maakte alles heel bewust mee. Ondertussen hoor ik mijn dochtertje spelen. Ik wil eigenlijk graag dat ze thuis blijft zodat niemand weet dat de bevalling is begonnen, maar ik merk dat ik erg ben afgeleid en mijn man nodig heb. Helaas duurt het nog even voor ze haar slaapje gaat doen, dus wordt oma gebeld. Ik geef haar nog een kus en een knuffel en schiet vol bij de gedachte dat als we haar weer zien, een gezin van vier zijn. Net als oma en dochter weg zijn voel ik een intens pijnlijke wee en in de piek breken mijn vliezen. Ik zie het meteen, de baby heeft in het vruchtwater gepoept. Even raak ik in paniek. Ook dit herken ik van de eerste keer en dat werd uiteindelijk een bevalling die ik precies niet wilde. Ik app mijn man “kom nu” om 10.30 uur. Daarna bel ik mijn verloskundige om haar op de hoogte te stellen. Ze hoort de teleurstelling en angst in mijn stem en belooft er meteen aan te komen. Meconiumhoudend vruchtwater kan gevaarlijk zijn voor de baby. Mijn man komt de badkamer in en ziet aan het bruine badwater hoe laat het is. Hij helpt me uit bad en droogt me af. Nu pas ziet hij hoe intens en sterk de weeën al zijn. Hij duwt hard tegen mijn onderrug tijdens een wee, wat echt een verademing is. Ik kleed me snel aan en doe een kraamverband in, om het vruchtwater op te vangen. In de slaapkamer zit ik op handen en knieën. De weeën zijn zo heftig dat ik al met mezelf in discussie ben dat als ik weer pas 3 centimeter heb, ik meteen alle drugs die ik mag wil, dit ga ik niet nog uren trekken.

Om 11 uur stapt de verloskundige binnen. Ik zeg haar dat ik het idee heb dat het echt al heel ver is. Ze wilt me observeren hoe ik een wee opvang. Na een paar goeie weeën te hebben gedemonstreerd vraag ik haar wat haar conclusie is. Zij denkt dat het allemaal nog wel meevalt. Ik kan haar op dat moment wel wat aan doen. Elke vrouw die ooit bevallen is weet wat er nu volgt… Het toucheren. Ik denk dat ik voor iedereen spreek als ik zeg dat dit echt horror is, zeker als je niet stil op je rug kan liggen. Als ik piep dat er weer een wee komt, wil ze die even “meevoelen”. Ik scheur het dekbed bijna in tweeën. Vervolgens hoor ik de woorden: “Wij gaan helemaal nergens meer heen. Je hebt 9 centimeter”. Ik roep letterlijk: “Oh mijn god, ik ben zo fucking blij nu he, zo fucking blij”. Alle strijdlust is terug en ik heb er zin in. Mijn droom komt uit, ik ga dit kindje thuis ter wereld brengen. Het valt me op dat er wat meer tijd tussen de weeën zit en de verloskundige legt uit dat dit vaak voorkomt tijdens de persfase. Persfase? Dan ga ik nog even vlug naar de wc, want ik wil mezelf nog even behoeden van bepaalde gênante taferelen. Als de verloskundige hoort hoe hard ik op mijn kiezen moet bijten om de weeën weg te krijgen zegt ze dat als ik de baby niet op de wc wil baren, maar snel terug naar bed moet komen. Wauw, dit is het, we gaan dit nu gewoon even doen. De kraamzorg wordt snel gebeld, maar er wordt al gemeld dat ze hier waarschijnlijk niet tegenop kan rijden. Ze krijgt geen ongelijk. Ik kijk naar beneden en zie een blond koppie. Ik denk nog: “Dit is een heel ander kindje dat ons dochtertje, die een bos vol donker haar had.”

Om 11.35 uur, zit ik op mijn knieën naast ons bed. Na nog geen 10 minuten persen, een halfuur nadat de verloskundige binnenkwam, is ons tweede kindje op de wereld. Samen met mijn man vangen we de baby op en zie ik meteen waarom dit kindje zo anders is. Ik roep vol emotie; “Een jongetje! Een jongetje! Oh mijn god, we hebben een zoontje! Je bent zo welkom, kleine Benjahmin.” De verloskundige helpt me op bed en na een poosje navelt ze hem af, precies zoals ik het graag wilde. Niet veel later komt de placenta zonder moeite los. Ook zo anders dan de eerste keer, toen kon ik bijna naar de OK. Nadat de placenta geboren is roep ik de legendarische woorden: “Dit is de beste bevalling ooit”. Dit had ik beter niet kunnen doen, want toen ging het mis. Ineens begon ik flinke naweeën te krijgen. Ik leg de baby aan en dit gaat meteen goed, maar stopt de krampen niet. Ik voel dat ik bloed verlies. Ik krijg een spuit, en nog een, en een katheter en ik zie de blik van de verloskundige veranderen. Ik blijf bloed verliezen en ik blijf naweeën houden. De verloskundige geeft aan geen trucs meer te hebben en belt de ambulance. Ondertussen komt de kraamhulp binnen gelopen. Ze kan meteen ons zoontje aan gaan kleden. Ik kan mezelf goed rustig houden en geef me over aan de situatie, maar van binnen schreeuw ik van angst. Al snel hoor ik de sirenes van de ambulances en niet veel later staan er twee vriendelijke broeders naast mijn bed. Ze vragen hoe ik me voel en als ik zeg dat ik me goed voel zeggen ze dat mijn lippen inmiddels wit zijn. Ze prikken een infuus, wat gelukkig goed gaat en meten mijn bloeddruk. Die is zo laag dat de broeders het apparaat niet geloven. Ik moet meteen naar het ziekenhuis. Daar ga ik, samen met de verloskundige, terwijl mijn man achter ons aan rijdt met onze baby van één uur oud. De ambulance rijdt zo hard en haalt constant alle auto’s in dat mijn man ons niet kan bijhouden. Later vertelde hij me dat hij op dat moment echt heel bang was. Voor mij en voor ons zoontje die achterin in het autostoeltje zat.

In het ziekenhuis lijkt het al wat beter te gaan en lijkt het bloeden te stoppen. Er wordt een echo gemaakt en daarop is te zien dat er flinke stolsels in mijn buik zitten, waardoor ik naweeën blijf houden. De verloskundige denkt dat deze er vanzelf uit komen en dat het ergste is geweest. Samen met mijn man doet ze alle controles bij ons zoontje, die ze na de geboorte niet kon doen. Hij scoort dikke tienen. Met hem gaat alles goed en dat is voor mij het belangrijkste. De verloskundige vertrekt en wij willen iedereen op de hoogte gaan stellen. Het is ondertussen al 14 uur geweest. Ik voel me steeds zwakker worden en krijg het steeds warm. De verpleegkundige wilt dat ik Benjahmin aan leg. Op het moment dat ik dat doe, breekt het zweet me uit en voel ik dat ik weg ga zakken. Ik roep naar mijn man dat hij ons zoontje moet aanpakken en dat het niet goed gaat. Er word een arts bijgehaald en als zij de dekens van mijn benen aftrekt, ziet ze dat ik in een grote plas bloed lig. De stolsels moeten eruit en dit doet ze vervolgens door met twee handen en haar gewicht in mijn buik te duwen. Dit doet zoveel pijn, nog meer dan de hele bevalling. Ik jank en smeek haar te stoppen en knijp voor mijn gevoel de leuning van het bed krom. De arts moedigt me aan, zegt dat ik een held ben (bedankt maar liever niet hoor) en duwt zo’n drie a vier stolsels ter grote van een appel uit m’n buik. Meteen zijn de naweeën weg en heb ik het idee dat ik ben bevallen van een drieling. Al met al ben ik zo’n 2.5 a 3 liter bloed verloren. Dit is meer dan de helft en ik heb met mijn 1.60m al niet heel veel bloed. Ik krijg allerlei infusen met vocht en nog iets “waardoor ik mij beter ga voelen” in een katheter, extra zuurstof en lig aan allerlei apparaten vast. Alle toeters en bellen gaan regelmatig af want mijn hartslag is absurd hoog, dat is best beangstigend. De volgende ochtend word mijn HB geprikt en deze is zo laag dat ik ook nog een bloedtransfusie krijg. Hier ben ik echt heel dankbaar voor, want dit heeft er wel voor gezorgd dat ik me meteen beter voelde, gewoon borstvoeding kon geven en niet heel veel last heb ondervonden aan de fluxus. Het enige wat ik na vier maanden nog steeds doe is elke ochtend floradix innemen. Als ik dit niet doe, voel ik me aan het eind van de dag “vaag”.

De bevalling was een droom en zou ik zo nog drie keer over doen, maar de fluxus was echt heel heftig. Omdat ik me al zo snel weer goed voelde en er ook goed uit zag heeft mijn omgeving niet zo door hoe heftig het geweest is. Het had ook heel anders kunnen aflopen. Het had echt goed mis kunnen gaan. Gelukkig had ik wel mijn tanden gepoetst ;).

JENNIFER

Plaats een reactie