Mijn ouders zijn narcistisch. Dat weet ik nu zes jaar. Nu zie ik je denken: “Twee narcistische mensen bij elkaar? Kan dat?” Jazeker, kan dat! In dit geval heeft de ene een laag IQ en deze denkt dat de andere alles weet. Als kind dacht ik dat zulke ouders normaal was. Tot we het op school over de kindertelefoon en dergelijke kregen. Al een hele tijd wil ik mijn ouders van alles vertellen. Daarom heb ik een brief voor ze geschreven. Okay, ik zal hem nooit versturen, omdat ik al weet dat ik toch overal de schuld van krijg of jet verwijt dat ik het niet goed heb.
Liefde, liefde voor je kind? Is dat zo moeilijk voor jullie? Voelen jullie liefde? Of alleen negativiteit? Voor zover ik me kan heugen waren er geen knuffels van jullie. Enkel knuffels van mijn knuffelbeer. Wanneer deed ik het goed? Ik heb geen idee, want dat hoorde ik nooit. Alle andere kinderen konden alles. Waarom ik niet? Alle andere kinderen waren knap en slim. Ik niet. Jullie eigen kind. Waren die altijd negatieve woorden er om mij iets te leren? Het leerde mij vrij weinig. Ik werd alleen onzeker. Van mijn eigen ouders.
Slaan, schudden en schreeuwen is onmacht. Pap en mam, wat zaten jullie vol met onmacht. Ik heb het hier weleens met jullie over gehad, maar jullie ontkennen alles. Schamen jullie je? Of zijn jullie die delen echt vergeten? Naarmate de tijd vorderde, hield het fysieke gedeelte op en werd het psychisch alleen maar erger. Jullie moesten wel he? Als je niet meer kon slaan, hoe moest je het dan duidelijk maken? Gelukkig was ik me hier eerst niet zo bewust van. Dat kwam pas rond mijn 20ste. Nadat al die emmers met stront op mijn hoofd zijn gegaan. Het werd voor mij geestelijk zo zwaar dat mijn lichaam helemaal in de war was.
Mam, dat je 9 maanden ziek van mij was toen jij mij droeg, was echt niet mijn bedoeling. Dat je later ziek werd van het k-woord vond ik verschrikkelijk. Maar het ergste vond ik dat jij mij verwijtte dat het mij niets interesseerde. Op mijn 19e verjaardag kreeg je een hele zware operatie. Dat zal ik nooit vergeten. Ik was er. Zoveel dat kon. Nooit vroeg je hoe het met mij ging. Maar eigenlijk ging het verschrikkelijk slecht met mij. Ondanks dat je weinig positiefs over mij zei, hield ik toch van je. Je bent mijn mama. Dat jij later die ziekte gebruikte om mij thuis te houden, deed mij pijn. Ik was 19 jaar. Ik had zo af en toe leuke dingen met mijn vrienden nodig. Maar dat mocht niet van jou. Dan sneerde jij weer: “Als je liever daar bent, moet je maar gaan. Als ik dit had geweten had ik me nooit laten opereren en ook niet die chemo en bestraling ondergaan”. Hoe kon je? Heb je enig idee hoe pijn mij dit deed? Ik was altijd thuis. Maar volgens jou was het nooit genoeg. Was het echt nooit genoeg? Jarenlang heb ik gedacht dat ik een slecht mens was, omdat jullie altijd zeiden wat voor rotmeid ik was. En nu nog steeds twijfel ik af en toe aan mezelf. Twijfel die is ontstaan, omdat ik nooit iets goeds deed. Nadat we diverse keren het contact hebben verbroken weet ik nu dat dat ook niet is wat ik wil. Jullie zijn toch mijn ouders. Nog steeds komt er negativiteit uit jullie mond, maar jullie hebben niets door. Intussen heb ik nog nooit iets positiefs gehoord over hoe ik het doe. Helemaal niets. Lukt dit jullie gewoonweg niet? Ik zal het nooit echt weten.
Liefs Miranda
Dit, zou ik ze zo graag willen vertellen. Maar ik weet dat het geen zin heeft. Dus schrijf ik het van mij af. Nee! Ik wil niet zielig gevonden worden, want dat ben ik niet. Wat me momenteel heel erg verdriet doet, is die kleine meid. Die kleine vrolijke meid die altijd lachte. Maar dus niets goed deed. Dat kleine meisje die plezier had in kleine dingen. En die kleine dingen werden besmeurd met stront.
Gelukkig ben ik er een redelijk sterk mens van geworden. Ook ik heb mijn moeilijke momenten. Wat heb ik van dit alles geleerd? Ik heb geleerd alles van twee kanten te zien. Ik heb geleerd wat een kind onzeker maakt en wat een kind nodig heeft. Al die lege knuffels haal ik in met mijn eigen mannen. Al hun liefde vervuld mijn hart weer. Ik kan weer positief kijken naar het leven. Mijn ouders heb ik alles vergeven, maar vergeten doe ik het niet. Ik hoop uiteindelijk dat ik het beste doe voor mijn mannen. Althans, dat probeer ik. In perfectie geloof ik niet. Wel in blijdschap. Ik weet dat er meer mensen zijn die zo’n negatieve jeugd hebben gehad of zelfs nog erger. Ik hoop met mijn verhaal te bereiken dat zij ook weten dat zij niet de enigen zijn. Ik wil dat zij weten dat erover gepraat mag worden, dat dat soms zelfs oplucht. En ik wil dat zij weten dat je na al dit niet persé op een PAAZ-afdeling hoeft te belanden. En bovenal dat je na zo’n begin van je leven alsnog een liefhebbende papa en of mama kan zijn.
Liefs
MIRANDA