Bevallingsverhaal: Is deze baby wel van ons?

| ,

Een stripppoging

Zwanger worden ging bij ons helaas niet vanzelf. Maar met een beetje (veel) hulp, hadden wij dan in december 2017 eindelijk na 4 jaar een positieve test. Hoe moeilijk het was om zwanger te worden, zo zorgeloos was mijn zwangerschap. Ik was uitgerekend op 4 september 2018. Ik leefde de hele zwangerschap naar die datum toe. Alsof het die dag ook echt ging gebeuren. Al twee weken werd ik iedere ochtend wakker met een droge onderbroek (want ja, we verwachten ergens toch allemaal dat de bevalling gaat beginnen met gebroken vliezen). Ook de dagen daarna gebeurde er niks. Op vrijdag 7 september had ik een controle bij de verloskundige. Ik werd gestript en volgens haar had ze die week al magische vingers gehad, omdat het bij twee andere vrouwen na het strippen was begonnen. Toch maakten we een afspraak om na het weekend in te leiden, mocht er nog geen baby zijn. Dat gaf mij iets om naar uit te kijken. Vanwege mijn hoge bloeddruk moest ik ook nog aan de CTG. Met de baby ging het gelukkig nog goed. Alles in mij zei dat het niet lang meer ging duren. Ik was vol vertrouwen na de afspraak en het strippen door de magische vingers. Die avond gingen we na het eten op de koffie bij mijn schoonouders. Bij het afscheid nemen zei ik: ‘Dit gaat de laatste keer zijn dat jullie me met een dikke buik zien’. Helemaal overtuigd dat het die nacht zou gaan beginnen.

Ik voelde krampjes

En mijn gevoel klopte, want rond een uurtje of 01.00 wist ik zeker dat het begonnen was door de krampjes die ik voelde. Slapen zat er niet meer in en ik besloot naar beneden te gaan om nog wat klusjes te doen. Ik ging midden in de nacht rond 03.00 uur de vuilnisbak legen. In de tuin struikelde ik nog in het donker over een randje en kon mezelf net opvangen. Verder ben ik de nacht doorgekomen door weeën op te vangen en een beetje tv te kijken. De weeën kwamen om de vijf minuten, maar ze duurden nog geen halve minuut. De pijn was nog dragelijk. Het was meer ongemakkelijk, dan echt heel pijnlijk. Rond 7.00 uur kwam Marc kijken waar ik eigenlijk was. Ik zei dat het begonnen was. Ik ging terug mee naar boven om nog wat te slapen. Echt slapen lukte niet, maar laten we het rusten noemen.

Met de hele familie vind ik de weeën op

Na een paar uurtjes ging ik in bad. Ik had gehoord dat het bad of de douche de weeënpijn kan verlichten. “Hoe lang zal deze bevalling nog duren?”, dacht ik. De weeën kwamen wel regelmatig, maar ze duurden geen minuut en waren nog niet extreem pijnlijk. En in mijn boekje stond dat ik pas naar het ziekenhuis moest bellen als de weeën om de vijf minuten, één minuut lang duurden. Dat was zeker nog niet het geval. We hadden voor die zaterdag afgesproken om naar mijn ouders te gaan. Mijn zus woonde wat verder weg en zou ook komen. Om eerlijk te zijn had ik geen zin om thuis af te wachten en dus besloten we zoals afgesproken naar mijn ouders te gaan. De vluchtkoffer en maxicosi gingen mee natuurlijk. Daar aangekomen werd er wat teleurgesteld gereageerd. Ze hadden allemaal gehoopt dat de baby zou komen. Had ik even goed nieuws voor ze dat de bevalling begonnen was. De hele middag bleven we daar. Samen met mijn zus en schoonzus hebben we heel wat rondjes buiten gelopen met af en toe even een stop om weer de weeën op te vangen. Mijn schoonzusje had thuis nog een kruik opgehaald om tegen mijn onderrug te leggen. Af en toe ging ik even op de bank liggen en legden mijn nichtjes een dekentje over me heen. Iedereen vond het maar wat fascinerend om dit van zo dichtbij mee te maken. Rond 16.00 uur werden de weeën steeds heftiger (lees: pijnlijker). Marc was ondertussen even naar een winkel gegaan. Ik had immers toch genoeg aandacht en hij stond er toch maar een beetje bij. Ik besloot om naar het ziekenhuis te bellen zodra hij terug zou zijn. Niet veel later was hij daar en we mochten naar het ziekenhuis komen.

Mijn lichaam begon te schokken

We kwamen rond 17.00 uur aan op het ziekenhuisterrein. Buiten moest ik nog even een wee opvangen en dan snel door naar de afdeling. Daar aan de balie kwam alweer de volgende wee. Ik mocht meteen meekomen en er werd gekeken naar mijn ontsluiting. In de auto zei ik nog tegen Marc: ‘Als ik maar boven de 5 centimeter zit hoor’. En jawel hoor, ik zat al op 7 centimeter. De verloskundige zei dat ik al goed gewerkt had en dat ze een suite voor me klaar zouden maken. Eenmaal op de kamer werd het steeds heftiger. Ik kreeg een band om mijn buik zodat ze de weeën konden monitoren en ook de baby in de gaten konden houden. Ook kreeg ik een infuus (voor het geval dat). Er bleef constant een verpleegkundige bij ons op de kamer. Ik ging ondertussen zowat heel de kamer door met mijn infuus. Even op een stoel zitten, dan eens op een bal of toch weer even op bed liggen. Steeds waren we de hartslag van de baby kwijt, omdat die band niet meer goed zat. Op een gegeven moment zat ik op handen en knieën op het bed en kon ik echt niet meer. Ik zei tegen Marc dat ik het niet meer volhield. En niet veel later begon heel mijn lichaam te schokken. De verpleegster belde naar de verloskundige om te zeggen dat de persweeën waren begonnen.

De persfase

De verloskundigen voelde nog een randje en besloot mijn vliezen door te prikken. De baby kreeg een sensor op haar hoofd, zodat de band rond mijn buik af kon. Langzaam mocht ik meepersen. Het was toen 19.00 uur en ik kan me nog goed herinneren dat ik vroeg of de baby er voor 20.00 uur zou zijn. Het antwoord daarop was ja, dus dat gaf me moed. Ooh, wat vond ik dat persen eng in het begin. Ik durfde niet alles te geven en liet in het begin ook een aantal persweeën aan me voorbij gaan. Tijdens het persen moest ik aan veel dingen tegelijk denken. Met mijn handen hield ik mijn benen omhoog. Ellebogen naar buiten, diep ademhalen, kin op de borst en met alle kracht drukken. Dit zo’n drie keer herhalen en dan was het weer even rust. Marc gaf mij in de rust slokjes water en maakte het washandje dat op mijn hoofd lag weer even nat. Op een gegeven moment was daar het moment dat ze het hoofdje konden zien. Ze zagen veel zwart haar. Dat had ik totaal niet verwacht. Zelf zijn we allebei nagenoeg kaal geboren en hadden we blond haar. Ik zei: ‘Als er maar geen foutje gemaakt is’. Op een gegeven moment zei de verloskundige iets wat ik liever niet wilde horen: ‘Ik ga een knip zetten’. Ik vroeg nog of dit echt nodig was. Blijkbaar wel, want na de eerste knip volgden er nog twee knipjes. Het was hard werken, maar om 19.48 uur was daar dan eindelijk ons dochtertje Sam.

Is dit baby’tje wel van ons?

Een glibberig warm baby’tje werd er op mijn buik gelegd. Ik moet eerlijk toegeven dat ik een beetje aan het klungelen was om haar goed vast te kunnen houden. Marc mocht de navelstreng doorknippen. Terwijl de nageboorte kwam en ik werd gehecht, konden wij even genieten van Sam. Ze lag op mijn borst en beiden keken we naar haar en dachten: ‘Is ze wel van ons?’. Zo veel en zo donker haar. Maar met een heerlijk snoetje, dat wel.

De familie zat vol spanning te wachten. Ze hadden ondertussen al vanaf 17.30 uur niks meer van ons gehoord, maar werden gebeld. Beide ouders en mijn zus sprongen meteen in de auto om Sam te komen bewonderen. Mijn moeder had door de telefoon aan het huiltje van Sam al gehoord dat het een flinke baby was. Dat had ze goed gehoord, want Sam bleek 4210 gram te wegen. Ik had me enorm verheugd op het moment dat de familie zou komen kijken naar ons kleine wondertje. Toch viel dit best wel tegen. Sam werd gewogen en aangekleed en omdat iedereen erom heen stond kon ik niks zien. En het allerergste was dat de verdoving die ik had gekregen om de knip te hechten, uit begon te werken en ik ineens immens veel pijn voelde. Op dat moment kon ik alleen maar denken dat iedereen weg moest gaan, zodat ik iets aan de pijn kon doen. Gaan verliggen of even het bed uit om te douchen. Nu lag ik daar nog met de boel bloot onder een lakentje waar ik al een bloed op had gezien. Dus bewegen met al die mensen in de kamer durfde ik nauwelijks.

Lees HIER een ander verhaal

HANNEKE

Plaats een reactie