Aniek: “Ik kwam in het huis van mijn zus en wist niet wat ik zag, hoe kon ik dit toch hebben gemist?”

| ,


Wil jij ook niets missen van deze verhalen en artikelen?! Klik HIER om Kids&Kurken op Instagram en HIER om ons op Facebook te volgen

We hadden elkaar al een paar weken niet gezien. Druk met werk, schoolperikelen, de eindeloze stroom kinderfeestjes… Je kent het wel. Maar toen mijn moeder me opbelde en zei: “Je moet écht even langs bij je zus. Het gaat volgens mij niet goed daar,” voelde ik gelijk dat er iets mis was. Mijn moeder is niet het type dat snel overdrijft. Sterker nog, eerder het type dat alles verbloemt met een “Ach, komt wel goed, joh.” Dus ik stapte in de auto. Even snel, dacht ik. Kopje koffie, wat bijpraten, misschien even samen naar de speeltuin met de kinderen. Maar wat ik aantrof… Ik wist écht niet wat ik zag.

De voordeur stond op een kier

De achterdeur was open, ik liep naar binnen en riep haar naam. Geen antwoord. Alleen wat gerommel van boven. Kindergeluiden. En de hond die blafte, ergens achterin het huis. Ik overdrijf niet als ik zeg: overal lag wat. Luiers – gebruikte. Halfvolle flessen melk, babykleertjes, een omgevallen plant, speelgoed, kleding, een halve boterham met pindakaas die duidelijk niet van een uur geleden was. Er hing een geur van zure melk en natte hond.

Daar zat ze. Op de vloer. In haar pyjama.

Dit was mijn zus. Mijn altijd georganiseerde zus, die kleurenschema’s had voor haar babyshower. Die bij haar eerste kind elke spuugdoek matchte met haar outfit. En nu dit. Ik riep weer. “Saar?” Toen hoorde ik haar. Van boven. “Ben boven. Even… momentje…” Haar stem klonk moe. Ik besloot naar boven te gaan. In de gang stond een wasmand met natte was die muf rook. De badkamerdeur stond open. Daar zat ze. Op de vloer. In haar pyjama. Ze keek op, glimlachte vaag. “Hey,” zei ze. Alsof alles normaal was. “Even een momentje voor mezelf hoor..” Ik wist even niet wat ik moest zeggen. Ze zat letterlijk tussen een stapel handdoeken, een babydoekje in haar hand, en haar haar in een klittenbos op haar hoofd. En toch, ergens in haar blik, zat iets van schaamte. Alsof ze zelf ook niet wist hoe dit was gebeurd.

“Gaat het?” vroeg ik. Stomste vraag ooit.

Ze haalde haar schouders op. “Ik weet het echt niet.” Ze begon ineens te huilen. Niet een beetje. Maar echt. Zo’n ugly cry. Ze trok haar benen op, sloeg haar armen eromheen en snikte. Ik ging naast haar zitten en probeerde haar te troosten.  “Ik red het niet meer,” zei ze tussen het huilen door. “Ik ben zó moe. Alles is te veel. De kinderen, de nachten, het huishouden, die verdomde flesjes, het huilen, het alleen zijn. Ik ben er gewoon niet meer.”

Niemand die écht zag wat er gebeurde

Haar vriend – of nou ja, ex – was vier maanden geleden vertrokken. Halsoverkop. “Het is te veel,” had hij gezegd. “Ik kan het niet.” En hij had z’n koffers gepakt. Sindsdien deed ze alles alleen. Twee kinderen onder de drie. Geen opvang, nauwelijks hulp. En niemand die écht zag wat er gebeurde. Ik was er ook in getrapt. In haar berichten waarin alles nog ‘wel ging hoor!’ In de foto’s van haar baby met een filter erop. In de emoji’s die alles bedekten. Ze stond op, wiebelig. “Sorry dat het zo’n bende is. Ik probeer het echt, maar het lukt gewoon niet. Elke dag begin ik met goeie moed. En dan gebeurt er weer wat. De baby spuugt, de peuter plast in z’n broek, de hond kotst, de wasmachine lekt, de fles valt… en dan… dan geef ik het gewoon op.”

“Denk je dat ik niet zie hoe erg het is?”

Dit was niet zomaar een rommelig huis. Dit was een hulpkreet. Dit was iemand die overloopt. Die aan het verzuipen is. En niemand ziet het. Of misschien: niemand wil het écht zien. “Waarom heb je niks gezegd?” vroeg ik. Ze haalde haar schouders op. “Omdat ik me schaam. Omdat ik het zelf niet wil toegeven. Omdat ik me een slechte moeder voel.” Ze keek me aan met die betraande ogen. “Denk je dat ik het niet zie? Dat ik niet weet hoe erg het is? Maar ik heb geen energie meer om het op te lossen. Hoe harder ik probeer, hoe dieper ik zak.”

Ik ging direct in schoonmaakmodus

Ik ben gaan opruimen. Vuilniszakken gepakt, flesjes uitgespoeld, luiers weggegooid. De baby in bad gedaan. De peuter een banaan gegeven. Saar in bed gelegd – letterlijk. “Even twintig minuten,” zei ik. Het werden er anderhalf uur. En weet je wat het gekke is? Geen moment voelde het als ‘te veel’. Terwijl ik thuis al zucht als de ontbijtboel nog op tafel staat om tien uur. Het verschil? Ik had geslapen. Eten in mijn maag. En een hoofd dat niet op springen stond.

Het gebeurt vaker dan we denken

Dit verhaal vertel ik niet om te shockeren. Al zou je bijna willen dat het verzonnen was. Maar het is echt. En het gebeurt vaker dan we denken. In de huizen waar de gordijnen dicht blijven. Waar Insta alleen de ‘goede’ hoek laat zien. Waar niemand komt, omdat “het zo goed gaat.” Mijn zus is niet zwak. Ze is geen slechte moeder. Ze is gewoon… moe. Een moeder die te lang sterk is gebleven zonder vangnet. Ik schaam me dat ik het niet eerder zag. Ik heb toen met mijn zus afgesproken dat ik drie dagen zou blijven en daarna wekelijks een dag kom helpen. Sindsdien gaat het stukken beter en zie ik haar eindelijk weer genieten.

ANIEK

7 gedachten over “Aniek: “Ik kwam in het huis van mijn zus en wist niet wat ik zag, hoe kon ik dit toch hebben gemist?””

  1. Fijn dat je je zus kan helpen! Geloof mij, dat is heel waardevol. Tenminste denk ik, ik ben je zus alleen had ik m’n huis wel altijd aardig netjes, had mn hoofd vaak echt te vol om te beseffen/ stil te staan, automatische piloot. Ik ben alleenstaande moeder sinds de oudste 2.5 was, m’n kinderen schelen iets meer dan een jaar. Wonende in een nieuwe stad, letterlijk een netwerk van 0 en in coronatijd.
    Geen idee hoe ik het gedaan heb, maar ik had graag hulp gehad van een vriendin of zus of wie dan ook. Ik verbloemde ook alles, een ander zag toch niet aan een tekstbericht hoe ik me voelde, constant moe, slapeloze nachten, been there got the tshirt.
    Blijf je zus helpen, ook als je denkt dat het beter gaat, alleenstaande moeder zijn is soms gewoon even erg zwaar. Ook al heeft ze de boel straks op orde, het is zo fijn als je onverwacht even een meegenomen boodschap krijgt, even een spontane kop koffie en een gesprekje, dat blijft ze nodig hebben zolang ze de zorg draagt voor de kinderen.. Stiekem zou ik willen dat ik zo’n zus had, je doet ’t goed❤️

    Beantwoorden
  2. mooi dat je dit kan en mag doen als zus! En wat gaat je moeder doen? want als die het zag snap ik niet dat zij niks heeft gedaan. ik zou in paniek schieten en zeggen dat ze maar even een tijdje bij moest komen, of dat ik langs kwam met boodschappen en eten koken en haar laten slapen totdat haar hoofd weer leeg en op orde was. gelukkig heb je haar direct geholpen en kon je laten zien dat ze niet alleen was en is.

    Beantwoorden
    • Misschien woont haar moeder heel ver weg, misschien is haar moeder fysiek niet in staat te helpen, misschien zijn er nog wel 50 redenen te verzinnen waarom. Misschien moet jij niet gelijk zo oordelen over hoe iemand zou moeten reageren in een bepaalde situatie als je niet het hele verhaal kent.

      Beantwoorden
  3. Heftig, maar wel begrijpelijk dat zoiets kan gebeuren. Ik zou me ook geen raad weten als ik alleen zou zijn. Hulp vragen is gewoon lastig. Fijn dat je kon helpen en hopelijk herpakt ze zichzelf, met jullie hulp.

    Beantwoorden
  4. Wat fijn dat je zus dus wel degelijk een vangnet heeft; je moeder heeft het gesignaleerd en jij kunt haar praktisch helpen. Reuze prettig voor je zus!

    Beantwoorden

Plaats een reactie