“Jeetje, wat ben jij relaxed!” zei de assistente toen ik in de wachtkamer zat. “De meeste vrouwen zijn toch wat gespannen bij zo’n afspraak.” Ik lachte, knikte een beetje. Ik was inderdaad niet zenuwachtig. Waarom zou ik? Ik had die spiraal al bijna vijf jaar. Tijd om ‘m eruit te laten halen, even aankijken hoe m’n lichaam zonder anticonceptie zou reageren, en dan kijken of ik weer een spiraal wilde of toch iets anders.
Ik dacht: dit is niet mijn echo, dit is gewoon een random Youtube-filmpje
De huisarts had zelf een echo-apparaat. Hij zei: “Ik kijk altijd even hoe de spiraal zit voordat ik ‘m eruit haal.” Prima. Broek uit, voeten in de beugels, zo’n moment waarop je je schaamte maar even parkeert. De huisarts was stil terwijl hij naar het scherm keek. Veel te stil. Te lang stil. Mijn hart sloeg een beat over. Ik keek naar het scherm en zag iets bewegen. Iets wat totaal niet leek op een spiraaltje. “Ik zie een heel opvallend beeld… Het lijkt erop dat de spiraal… niet z’n werk heeft gedaan,” zei hij langzaam. Hij wees naar het scherm en ik volgde zijn vinger. En toen zag ik het. Twee armpjes. Een klein rond hoofdje. Een baby. Een. Baby. Ik weet nog precies wat ik toen dacht: Huh? Dit is niet mijn echo. Dit is een soort reclamefilmpje. Dit is gewoon een random YouTube-video die per ongeluk opstaat. Maar het was mijn lichaam. Mijn baarmoeder. Mijn baby. “Je bent zwanger,” zei de huisarts. “En niet sinds gisteren.”
“Al bijna drie maanden?“
Hij keek me aan met een blik van: Ik snap dat dit veel is. “Het kindje lijkt rond de tien-twaalf weken te zijn,” voegde hij toe. Wat?! Ik had niks gemerkt. Geen misselijkheid, geen vermoeidheid (oké, een beetje, maar dat schrijf je af op het leven zelf toch?), geen gekke cravings, geen buikpijn. Niks. Helemaal niks. Ik was gewoon zwanger. Al bijna drie maanden, heh? Hoe ga ik dit in vredesnaam aan Martijn vertellen?
Eerst die reis maken, het huis opknappen; maar blijkbaar lag er een ander plan voor ons
We hadden laatst nog gezegd dat we voorlopig écht nog geen kind wilden. Misschien over twee, drie jaar. Eerst die reis maken. Huis opknappen. Even ademhalen. En nu zat er dus gewoon al een minimens in mij. Ik zat als verdoofd in de auto terug naar huis. Ik voelde niks. Alles voelde verdoofd. Alsof m’n hoofd niet meedeed. Alsof ik in een slechte film zat. Een film waarin ik per ongeluk zwanger raak terwijl ik een spiraal heb. Wie verzint dit?
“Nou, die afspraak liep even anders…”
Dat zei ik toen ik binnenkwam. Martijn zat met z’n laptop aan tafel te werken. Hij keek op. “Hoezo? Wat dan?” Ik ging tegenover hem zitten. M’n jas nog aan. Tas nog om m’n schouder. “Het eh… lijkt erop dat die spiraal niet z’n werk heeft gedaan,” zei ik. Martijn fronste. En toen: “Nee, dat meén je niet?” Ik knikte. Ik zag z’n ogen groot worden. Hij stond op, liep een paar passen weg, kwam weer terug, ging weer zitten. En toen: “Oké. Wow. Oké. Maar… dit is wel echt heel bijzonder hè?” Ik keek hem aan. Verwachtte paniek en stress. Maar hij pakte mijn hand en na een paar minuten zei hij: “Dit is misschien niet zoals we het hadden gepland. Maar dit… dit is wel echt een prachtig cadeautje.” En ik barstte in huilen uit.
“Ben je oké?”, “Ja, het is alleen… veel.”
Ik had meteen de verloskundige gebeld. Uitleg gegeven. Ze hadden een plekje vrij de volgende ochtend. “Kom maar gewoon. We kijken hoe alles eruitziet.” En daar lag ik weer. De echoscopiste was superlief. Ze maakte een grapje over onverwachte verrassingen en zei toen zachtjes: “Kijk eens…” En daar was ie weer. Dat mini-mensje. Beentjes. Armpjes. Hartje dat tekeerging. “Het kindje meet als 10 weken. Alles ziet er goed uit.” Ze keek me aan. “Ben je oké?” “Ik denk het?” zei ik. “Het is alleen… veel.”
Alsof m’n lichaam dacht: Oh! Je weet het nu? Mooi, dan kunnen we het daar eindelijk over hebben
Binnen een paar dagen had ik zwangerschapskleren besteld, m’n verloskundige ingepland, een boek gehaald over ‘onverwacht zwanger zijn’, en zat ik al te scrollen op Marktplaats naar wiegjes. Mijn buik voelde ineens anders. Alsof ik ‘m nu pas écht voelde. Alsof m’n lichaam dacht: Oh! Je weet het nu? Mooi, dan kunnen we het daar eindelijk over hebben. Ik ging nadenken over namen. Over hoe we het onze ouders gingen vertellen. Of we een pretecho wilden doen. Martijn was zó lief. Hij hield m’n hand vast in bed en zei: “We fixen dit. We gaan het gewoon doen. En het komt goed.”
Misschien is dit hoe het moest lopen
Misschien moest dit kindje gewoon nú komen. Misschien koos het ons met een reden. Ik ben altijd wel zweverig aangelegd, dus ik vertrouw erop dat het zo moest zijn. We hebben het niet gepland. Maar blijkbaar had het leven andere plannen. En eerlijk? Ik kijk er nu al naar uit om die kleine in m’n armen te houden.
CHANTAL
mooiste wat jullie kunnen krijgen
in het leven.. van harte gefeliciteerd
geniet samen van de zwangerschap
en de rest van jullie leven.
Ongepland maar zo te lezen zeer gewenst. Door allebei. Wat wil een kind nog meer? Van harte gefeliciteerd allemaal.