Noortje: “‘Dit zul je blijven houden in jouw situatie'”, antwoordde mijn moeder eerlijk, waarom ziet niemand hoe hard ik mijn best doe?”

| ,

Soms kan een gebaar je harder raken dan duizend woorden

Ik liep met mijn dochtertje in de kinderwagen, door het park. Het was lente en ik was ruim 10 dagen geleden bevallen. De man op het bankje keek op, liet zijn blik over mij glijden, naar de kinderwagen, en schudde zijn hoofd. Eén keer, langzaam. En het sneed recht door me heen. Het was niet iemand die ik kende. Geen oude vriend, geen familie. Gewoon een man op leeftijd met een krant op schoot. Maar iets aan zijn blik, zijn hoofdschudden, voelde als een oordeel. En misschien was het dat ook. Misschien dacht hij: ‘Weer zo’n jonge moeder die haar leven vergooid heeft.’ En misschien had hij nog gelijk ook, al zou ik dat nooit hardop zeggen.

Ik was achttien toen ik zwanger raakte

Net klaar met de middelbare school. Mijn vriendje, Ayden, en ik waren jong, impulsief, heel verliefd, of najah dat dachten we. We wilden alles zelf doen. Geen hulp, geen bemoeienis. We zouden het wel redden, samen. Tot het serieus werd. Tot mijn buik begon te groeien, tot ik niet meer mee kon naar festivals en drankjes op het plein. Ayden trok zich steeds verder terug. Eerst fysiek, later ook emotioneel. En toen was hij weg. Geen grote ruzie, geen afscheid. Hij kwam gewoon niet meer opdagen. En ik hoorde maanden niets. Waarschijnlijk bij zijn foute vrienden.

Mijn ouders vingen me op

Geen ‘zie je wel’, geen verwijten. Alleen liefde. Ik ben ze nog steeds zo dankbaar. Ze richtten de logeerkamer in als babykamer. Mijn moeder ging vanaf toen mee naar elke controle, elke echo. Mijn vader zette het bedje in elkaar, met de hand, met haar naam erin gegraveerd. Sophie. Ze was desondanks de situatie, erg welkom. Sophie werd in de herfst geboren. Een meisje met donkere haartjes, die meteen mijn pink vastpakte alsof ze me nooit meer los zou laten. Vanaf dat moment veranderde alles. Mijn dagen werden gevuld met voedingen, huiluurtjes, wandelingen, slapeloze nachten, maar ook met een soort liefde die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Er was ook eenzaamheid. Want hoeveel steun ik ook kreeg van mijn ouders, ik was de enige van mijn vriendinnen met een kind. Zij gingen studeren, uit, reizen. Ik draaide wasjes en warmde flesjes op. Ze kwamen op bezoek, hoor. Gingen op de foto met Sophie, kochten schattige rompertjes. Maar hun leven liep verder. Het mijne stond stil. Of nee, het draaide om een ander.

En toen, die dag in het park, voelde ik me gezien

Maar op de verkeerde manier. Alsof die man dwars door me heen keek. Niet naar mijn kind, niet naar mijn liefde, maar naar mijn leeftijd. Een getal. Alsof hij mijn hele verhaal in één seconde samenvatte en afkeurde. Wie dacht hij wel niet dat hij was? Thuis kon ik het niet loslaten. Ik vertelde het aan mijn moeder. Zij zuchtte. “Mensen zullen altijd iets vinden, Noortje. Altijd. Dit zul je denk ik blijven houden. Maat zij kennen jouw verhaal niet. Ze zien niet wat jij elke dag doet. Hoe hard je je best doet.” En dat was waar. Ik deed mijn best. Elke dag. Ik deed het alleen. Ik plande al maanden om in september te starten met een opleiding. Pedagogiek, misschien. Of sociaal werk. Iets met kinderen, omdat ik inmiddels wist hoe belangrijk het is dat er mensen zijn die naar je luisteren. Die niet oordelen. Die je gewoon bij de hand nemen en zeggen: “Kom, ik loop met je mee, ik help je wel.”

Op een avond zat ik op bed, Sophie tegen me aan

Ze sliep, haar hoofdje onder mijn kin. En ik dacht aan de toekomst. Aan hoe ik wilde dat zij opgroeide. Niet met schaamte, niet met het gevoel dat ze een fout was, of een vergissing. Maar als een kind dat gewild is. Gewild en geliefd. Want dat was en ís ze. Misschien schudde die man zijn hoofd om mij. Maar hij kende me niet. Hij kende niet de nacht waarin ik met koorts Sophie tegen me aan wiegde, badend in het zweet, doodsbang dat ik het fout deed. Hij kende niet de honderden keren dat ik haar liedjes zong terwijl ik mijn tranen inslikte. Hij kende mijn verhaal niet.

En dus besloot ik iets

Ik zou dit verhaal te schrijven. Niet als slachtoffer. Niet als meisje dat te vroeg moeder werd. Maar als jonge vrouw die koos voor haar kind. En voor zichzelf. Er zijn vast meisjes zoals ik. Ik wil vertellen: “Je doet het goed. Het komt goed. Laat niemand je neerhalen!”

NOORTJE

4 gedachten over “Noortje: “‘Dit zul je blijven houden in jouw situatie'”, antwoordde mijn moeder eerlijk, waarom ziet niemand hoe hard ik mijn best doe?””

  1. Je doet het goed, wat een ander ook zal denken! Niet aan jezelf twijfelen, tenslotte zijn er ” volwassen” vrouwen die wat van jouw verantwoordelijksheidsgevoel zouden kunnen leren. Het is misschien niet ideaal maar je vind je weg wel en je dochter…die is later enorm trots op je❤️

    Beantwoorden
  2. Gewild en geliefd, maar ongepland verwekt in een instabiele of in elk geval instabiele relatie. Natuurlijk geloof ik meteen dat je je best doet, maar dat maakt de situatie niet opeens ideaal. Logisch dat mensen een (voor)oordeel hebben, logisch ook dat jij dat vervelend vindt. Succes met alles.

    Beantwoorden
  3. Precies wat je zelf zegt: laat niemand je neerhalen want niemand kent jouw verhaal!!! ik ben trots op je! dat je er bent voor je dochter en voor haar gaat. Fijn dat je ouders je steunen! ke kan het!

    Beantwoorden

Plaats een reactie