Blog- en vlogmagazine voor èchte ouders

Mijn VerhaalOuder​verhalen

Linda: “Wij hebben onze embryo’s gedoneerd aan mensen die we niet kennen”

R
Door Redactie
21 juli 2025 6 min lezen 3 reacties
Ad

Toen ik voor het eerst moeder werd van Billie, dacht ik: Dit is een wonder. En dat was het ook. Want Billie kwam er niet zomaar. Net als Olivia en Benja. Alle drie onze kinderen zijn het resultaat van jarenlange hoop, verdriet, gesprekken, injecties, hormonen en ziekenhuisbezoeken. Onze drie kinderen zijn letterlijk met liefde én wetenschap tot stand gekomen.

Het ICSI-traject was loodzwaar

Martin en ik hadden nooit gedacht dat het zo’n intensief traject zou worden. We waren jong toen we begonnen met proberen. Ik was 28 en Martin 30. Maar maand na maand ging voorbij zonder resultaat. Na een jaar begonnen de onderzoeken. En toen bleek het aan de zaadkwaliteit van Martin te liggen. We konden natuurlijk proberen om ‘gewoon’ zwanger te worden, maar de kans was miniem. “Als jullie kinderwens sterk is,” zei de fertiliteitsarts, “dan is ICSI de meest kansrijke optie.” En dat wilden we. Heel graag zelfs.

De eerste hormoonspuiten zette ik trillend in mijn buik. Elke ochtend voelde als een mentale horde. Maar het vooruitzicht van een kindje hield me op de been. Tijdens de eerste punctie werden er 11 eicellen geoogst. Acht werden er bevrucht. Uiteindelijk bleven er vijf embryo’s over. Eén daarvan werden vers teruggeplaatst. De rest ingevroren. En van die eerste terugplaatsing werd ik zwanger van Billie. Onze eerste dochter.

We waren compleet, dachten we

Een jaar later wilden we graag opnieuw proberen. We hadden nog embryo’s in de vriezer. De eerste terugplaatsing mislukte. De tweede was raak, dat was de zwangerschap van Olivia. En daarna kwam Benja, hij maakte ons compleet. En toen… toen waren we ineens ouders van drie kinderen. Drie wonderen. Maar: er waren ook nog drie embryo’s over. Wat moesten we doen? Ik weet nog goed dat ik het op een avond tegen Martin zei. De kinderen sliepen net. We zaten op de bank. “Wat doen we met de embryo’s?” vroeg ik. Hij keek me aan. “Ik weet het niet,” zei hij.

Geen klompje cellen

We wisten meteen wat we níet wilden. We wilden ze niet vernietigen. Ze voelden niet als ‘een klompje cellen’. Niet voor ons. Want onze kinderen waren óók ooit een klompje cellen. En kijk nu. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om die overgebleven embryo’s zomaar als ‘restmateriaal’ te beschouwen. We overwoogden bewaren, maar wilden we dat echt? Een tijdje overwogen we om de embryo’s nog te bewaren, voor ‘het geval dat’. Maar hoe langer we daarover nadachten, hoe duidelijker het werd: wij waren compleet. Drie kinderen was voor ons het maximum. Het was niet alleen een gevoelskwestie, ook medisch. De gynaecoloog had na mijn derde bevalling geadviseerd om het hierbij te laten. Mijn lijf was op. De bevalling van Benja was zwaar geweest en eindigde in een spoedkeizersnede en veel bloedverlies. Nog een zwangerschap zou risico’s met zich meebrengen. “Dan blijft er één optie over,” zei Martin. “Donatie.”

Toch nog een kans op een leven

Ik had er in het begin weinig over gehoord. Eiceldonatie kende ik, en zaaddonatie natuurlijk ook. Maar embryo’s? Onze embryo’s? Was dat niet raar? Iemand anders die misschien een kind zou krijgen dat genetisch ons kind is, maar wij nooit zouden kennen? Ik dacht er lang over na. Maar hoe vaker ik eraan dacht, hoe minder vreemd het voelde. Het voelde juist… warm. Zoals ik me tijdens mijn zwangerschappen had gevoeld: vol liefde. Want deze embryo’s waren niet zomaar ontstaan. Ze waren met moeite, liefde en zorg tot stand gekomen. Waarom zouden ze dan geen kans krijgen op leven?

We gingen ons verdiepen in de opties

We lazen alles wat los en vast zat over embryo-donatie. Er waren allerlei regels en procedures. Er werd streng gekeken naar leeftijd, gezondheid en of we echt zeker wisten dat we geen kinderwens meer hadden. “Dat weten we zeker,” zeiden we. En dat meenden we ook. We kregen gesprekken met een maatschappelijk werker. Die vroeg: “Wat doet het met je als ergens in Nederland straks een kind opgroeit dat genetisch jouw kind is?” Dat vond ik een pittige vraag. Maar mijn antwoord bleef steeds hetzelfde: als die embryo’s een gezin compleet mogen maken, is dat iets moois. We wisten niks over de ontvanger, maar dat konden we accepteren. We wilden gewoon de kans geven aan iemand anders. Net zoals wij ooit die kans kregen.

De dag dat we het papier tekenden

Ik moest huilen toen ik mijn handtekening zette. Het voelde ergens als afscheid nemen, maar we gaven ze ook echt een kans op leven. Ik keek naar Martin, die ook stil was. En ik dacht aan onze kinderen. Hoe graag we hen wilden. Hoe graag een ander stel nu misschien ook hoopt, bidt, verlangt. En ik hoopte dat zij, dankzij onze donatie, ook een Billie, een Olivia of een Benja mogen vasthouden. Het voelde niet alsof we ‘iets weggaven’. Het voelde alsof we iets mochten doorgeven.

Onze kinderen weten het (nog) niet

Voor nu zijn onze kinderen nog te jong om dit te begrijpen. Maar later, als ze groter zijn, wil ik het ze vertellen. Ik wil dat ze weten dat hun papa en mama ervoor hebben gekozen om iets goeds te doen. Soms denk ik eraan: zijn ze er al? Heel af en toe, op rustige momenten, stel ik me voor dat ergens in een huis een zwangerschapstest positief is. Misschien loopt er nu al een peuter rond met mijn krullen. Ik zal het nooit weten. En dat is oké. Wij zijn compleet.

LINDA

Ad

Reacties (3)

Deel je ervaringen en steun andere ouders die met vergelijkbare situaties te maken hebben.

Reactie plaatsen

Ad
L
Lia
21 juli 2025

Knap dat je dit kan!
Lijkt mij heel moeilijk, het idee dat er kinderen van mij en mijn man ergens anders opgroeien.
Hopelijk mogen ze wel weten wie de oorspronkelijke verwekkers zijn later.

M
Mandy
21 juli 2025

Wat mooi!

Wordt er bij de donatie ook gekeken naar woonplaats? Zodat het kindje niet in de buurt opgroeid enz.

D
Diana
21 juli 2025

Ik vraag mij alleen af , met zaad doneren is het toch nu ook verplicht dat het kind moet/mag weten wie de vader is, hoe gaat het met dit dan ? Mag het kind op een gegeven moment weten wie zijn echte( genetische ) ouders zijn ? Jammer dat ik dat niet teruglees in het verhaal.