De speeltuin die ‘zwanger raken’ heet… Uiteindelijk waren we uitgespeeld

| , ,

Het begon ooit allemaal met de wip, de pil ging eindelijk de prullenbak in en we gingen de liefde bedrijven, gewoon zoals het hoort als je een kindje wilt. De wip was dan ook het leukste toestel uit de speeltuin. Tenminste in het begin dan, na een tijdje waren we de wip ook weer zat, het vrijen werd een verplichting, uitgestippeld in de agenda, ovulatietesten, kortom alles behalve spontaan. Er was weinig leuks meer aan, het ging zelfs een beetje zeer doen, want om de dag wippen konden we eigenlijk niet hebben. We probeerde het zelfs een maand elke dag, zo kon het niet missen dachten we toen nog heel naief. Nou ik kan je verzekeren ik voelde me toen net een wandelende zaadbom! Na een jaar tobben en proberen zagen we in de speeltuin een hele hoge ladder, je gaat namelijk steeds een stapje hoger in de medische molen, je verlegt je grenzen. Heb je ooit van je ouders geleerd je geslachtsdelen niet aan iedereen te laten zien, nu mocht ik bijna dagelijks met mijn benen in de beugels en was mijn onderkant al meer bekeken dan een vlog van Enzo Knol. Eenmaal bovenop de ladder, je hebt alle tussenstations van onderzoeken en kijkoperaties gehad, stap je pas echt in de achtbaan. We begonnen met IUI, in ons geval 3x, deze achtbaan is nog wel redelijk te doen, af en toe een spannend bochtje en wat kleine afdalingen. Toch blijkt deze achtbaan voor ons te simpel en dus moesten we in een ander en spannender exemplaar stappen. Een achtbaan waarvan je nooit had gedacht dat je erin zou durven, zo één waarvan je weet dat die heel vaak over de kop gaat, deze noemen ze ook wel ICSI. Met opgeheven hoofd stapten wij heel stoer in, dit moest gaan lukken, je hoort zoveel goede verhalen, succes verhalen, het kon niet anders dan dit bij ons ook zo zou zijn. Met meerdere hormoonspuiten per dag veranderde ik langzaam in een spook, een soort monster, waardoor manlief dus in een spookhuis woonde. Lichamelijk had ik het ook zwaar, de eerste ICSI had ik 21 follikels die met de punctie aangeprikt moesten worden. Helaas was de kwaliteit van de eicellen heel slecht en kreeg ik twee belabberde embryo’s teruggeplaatst. Bij de tweede ICSI waren er 37 follikels, het viel niet mee om het monster in bedwang te houden bij deze punctie. En ook toen waren de embryo’s weer heel slecht, ik kreeg er drie teruggeplaatst, maar terwijl ik nog in de beugels lag, kwam de arts met de mededeling dat we maar beter aan eiceldonatie konden gaan denken. Dat het ziekenhuis ons niet verder kon en wilde helpen. De achtbaan ging keihard naar beneden, wij besloten om uit te stappen en een speeltuin in een ander land te bezoeken, België.

In België zou het beter gaan, volgens de artsen was ik overgestimuleerd (teveel hormonen) en had ik daarom ook zo enorm op de hormonen gereageerd. Ik vertelde ons verhaal, hoe we de achtbaan hadden ervaren en geschrokken van mijn woorden, beloofde de arts het bij de derde ICSI anders aan te pakken. De behandeling was vele malen beter, minder hormonen, dus minder follikels, de punctie ging prima en ik voelde me best goed. Maar helaas waren de eicellen alsnog van slechte kwaliteit. Twee slechte embryo’s werden er teruggeplaatst. Ergens hadden we toch nog de hoop dat het zou lukken, maar de arts die mij beloofd had dat ik zwanger zou worden, had het bij het verkeerde eind gehad. De achtbaan ging harder dan ooit naar beneden en een paar keer over de kop, het verdriet was enorm, de teleurstelling heel groot. Was er eerst nog zoveel hoop, nu was de achtbaan tot stilstand gekomen.

En toen? Toen zaten we op de schommel, we schommelden tussen verschillende gedachten, met heel veel twijfels en vragen. Maar er kwamen geen antwoorden. De kans op een kindje van ons samen was minder dan 10%, eiceldonatie zou de oplossing kunnen zijn, misschien pleegzorg of adoptie? Je moet een keuze maken die je niet wilt maken, die je eigenlijk (nog) niet kunt maken. Steeds als we dachten de keuze gemaakt te hebben, begonnen we weer harder te schommelen en uiteindelijk vielen we er keihard van af. We sloegen het zand van onze knieën, we stonden op beide benen, maar niet met beide benen op de grond.

Liefs,

DEBBIE

Plaats een reactie