Bevallingsverhaal: “Ik dacht, dit kan ik!”

| ,

2 juli 2019

In de ochtend kwam de verloskundige bij ons thuis langs. Mijn man was al naar zijn werk toe nadat hij meerdere keren had gevraagd of hij er bij moest blijven. Ik had een beetje gegoogeld naar het strippen en het leek mij dat hij daar niet bij hoefde te zijn. Ik probeerde nog wat te slapen. Mijn onderrug deed namelijk enorm veel pijn, wat me in de nacht wakker hield. Rond 09:00 uur stond onze verloskundige voor de deur. Ze vroeg hoe ik me voelde en of ik er al een beetje klaar mee was. Ik gaf aan dat ik voornamelijk moe was. Over tot het strippen. Ik vond dit oprecht een k*t gevoel en het deed mij toch echt wel zeer. Ze gaf aan dat ik al 3 centimeter ontsluiting had en dat dat eventueel de rugpijn verklaarde. Indien het door zou zetten, moest ik haar berichten. Als er niks gebeurde kon ik me die vrijdag (5 juli 2019) melden voor een check up en een tweede keer strippen.

5 juli 2019

Aangezien ons mannetje zich niet gemeld had, gingen mijn man en ik vrijdag naar de verloskundigenpraktijk. Van te voren hadden we gebeld en was er besproken dat ik een tijd aan de CTG moest (ons boefje liet soms een flinke poos niks van zich horen). Na ongeveer een uurtje aan de scan, bleek alles prima in orde te zijn. Dan nog maar een tweede keer strippen. Ik was inmiddels alweer 41+2 weken zwanger. Het deed weer enorm veel zeer, niet echt een pretje. Maar het bleek dat ik al 5 centimeter ontsluiting had, die rugpijn was dus niet voor niks geweest. We konden weer naar huis en het verder afwachten. Ik had weer enorme pijnscheuten in mijn rug, maar daar dacht ik niks van. Ik had best een flinke buik en dacht gewoon dat de pijn door het dragen kwam. Manlief vroeg of het wel ging, waarop ik hem naar het werk gestuurd heb en aan gaf dat ik wel even zou gaan liggen. Eenmaal in bed kwam diezelfde pijn weer. “Ik lig waarschijnlijk verkeerd”, dacht ik. Maar ongeveer 10 minuten later had ik weer dezelfde pijnscheuten en toen 5 minuten later nogmaals. Nu begon er een belletje te rinkelen. Ik belde mijn man dat hij terug kon komen. Ik heb daarna de verloskundige gebeld en die zou er binnen 15 minuten zijn.

De verloskundige kwam aan, mijn man ongeveer 5 minuten later. Ik liep wat heen en weer in de woning met pijnscheuten. Deze werden getimed en we kregen groen licht om naar het ziekenhuis te gaan. Hoppa, daar gingen we dan! Vluchttas mee, schoenen aan en riem om. Heen met z’n tweeën en hopelijk weer terug met z’n drieën. Ik kan me de drempels nog herinneren. Het viel me toen pas op hoeveel er in onze wijk lagen… Tijdens de rit belden we onze ouders en lieten we ze weten dat we onderweg waren naar het ziekenhuis. Rond half 3 kwamen we aan en rolden ze me naar binnen met de rolstoel. Ik dacht nog dat dat een beetje overdreven was, maar wist ik veel. We maakten kennis met de arts en de verpleegkundige. Ik kreeg rugweeën die ik een tijdje wel kon handelen, maar naarmate de pijn heviger werd, wist ik niet meer wat te doen. De verloskundige hielp met puffen en mijn man probeerde druk uit te oefenen op mijn rug. Dit hielp niet, waarop we maar door gingen met puffen, met z’n drieën. De verloskundige stelde op een gegeven moment vier waterinjecties voor. Dit is letterlijk water dat geïnjecteerd wordt op de pijnlijke plek. Ze gaf aan dat het voelde als wespensteken, maar misschien wel kon helpen. Ik weet hoe een wespensteek voelt, maar dacht dat het me kon afleiden van de pijn, dus leek het me prima. Nou dat heb ik geweten, de prikken voelde hels en het hielp een welgetelde 5 minuten. Toen kwam het voorstel om onder de douche te gaan staan. Dit was best een prettig gevoel, tot het moment daar kwam dat mijn maag het niet meer zo leuk vond. Daar ging m’n broodje… Na het douchen werd ik op het ziekenhuisbed geplaatst, maar dit deed me nog meer pijn dan staan. Ik heb een tijd staand de rugweeën proberen op te vangen, maar dit hield ik uiteindelijk niet meer vol. Ik had al een week hevige rugpijn en weinig slaap gehad, en door het overgeven was volgens mij mijn laatste fractie van energie verdwenen. Ik kreeg naast de rugweeën, ook beenweeën en kon daarom niet stevig blijven staan. Mijn spaghetti armen (lees: armen zonder enige vorm van kracht) moesten mij staande houden. Ik trok het eventjes niet meer. Ik heb meerdere keren geroepen: “Waarom doen vrouwen dit vrijwillig?!” en “wie verzint dit!”. Ik ging tóch op bed liggen, maar kon geen manier vinden om de rugweeën op te vangen. Ik had pijn en wist niet wat ik moest doen. De paniek die ik hierdoor kreeg, maakte het erger. Bij elke storm die ik voelde, verloor ik mezelf een beetje. Alsof ik de controle over mijn lijf kwijt was, wat me nog meer beangstigde. Gelukkig had onze verloskundige dit door en hielp mij samen met mijn man om weer terug te komen op het pufritme. Dit deed niks voor de pijn, maar gaf me weer het gevoel van controle. In het ziekenhuisbed liet ik de rugweeën over me heen komen en brabbelde ik wat. Geen idee wat, want ik zat volledig in mijn eigen wereldje. Ik kreeg alleen van de buitenwereld iets mee over de vraag of ik de ruggenprik wilde. “Euh ja, graag zelfs!”

Ik werd aan allerlei kabels en apparatuur vastgemaakt en zo voorbereid op de prik. De anesthesist was opgeroepen en zou snel komen. Het bleek echter dat er twee spoedgevallen tussen gekomen waren. Twee uur later was hij er en gebeurde er van alles in een wervelwind. Ik werd op het randje van het bed geplaatst, alles werd steriel gemaakt en volgens mij tekende er iemand op mijn rug. Ik moest naar voor gebogen zitten en een volledige stille houding aannemen. Makkelijker gezegd dan gedaan, terwijl je weeën hebt. Maar door een fijne communicatie van alle mensen om me heen kon de prik worden gezet tussen de weeën door. Ik voelde na de prik een verlamming aan de rechterkant van mijn rug en daarna ook mijn rechterbeen. Mijn linkerkant van mijn lijf trok zich blijkbaar niks aan van de prik en daar voelde ik dus nog alles. Ik werd in bed gelegd op mijn rechterkant, omdat onze zoon blijkbaar niet helemaal recht voor de opening zat en misschien zo nog wat bij kon draaien. Maar wanneer ik zo lag, kwamen de weeën toch nog flink door aan de rechterkant. Ik mocht weer plat liggen. Hierdoor voelde ik mijn rugweeën alleen nog aan de linkerkant. Maar door mijn gebalde vuist in mijn rug en het puffen, waren deze weeën te handelen en sommige voelde ik niet eens. Ik werd voor de “wisseling van de wacht” nogmaals gecheckt en het bleek dat ik op de 7 à 8 centimeter zat. Het schoot dus niet op. Ik kreeg weeënopwekkers en die werkten goed. Dus even later weer op het bed en checken. Inmiddels was de wacht gewisseld en was het alweer middernacht geweest. De nieuwe arts en verpleegkundige gaven aan dat ik 10 centimeter ontsluiting had met een randje en even mocht persen. Dit voelde in het begin als een opluchting. Ik kon iets doen waar ik controle over had. Nou dit had ik voor maar liefst 20 minuten. Daarna zette de vermoeidheid door en had ik geen puf meer over. De arts gaf na 1.5 uur persen aan dat er een knip nodig was en hij zou dit doen tijdens een wee. Ik heb nog een half uur geperst en toen was hij daar, onze zoon. Op 6 juli 2019 om 02:43 uur was onze Oliver geboren, 53 centimeter lang en 3902 gram.

Terugkijkend op de bevalling is het me het helemaal waard geweest. Wat hebben we een prachtzoon gekregen! Maar verder kijk ik er niet fijn op terug. Iedereen zei: “Ach meid.. die pijn vergeet je”. Ik weet nog hoe de rugweeën als messensteken voelden die daarna werden rondgedraaid. Hoe mijn man zich hulpeloos voelde. En hoe ik de controle verloor. Ik had buikweeën verwacht. Ook had ik meer vertrouwen in mijn lijf dat ik die weeën zou trekken. Niet zonder pijn natuurlijk, maar wel met controle. Uiteindelijk kon ik het wél. Het prachtresultaat ligt naast me te snurken. Maar nee, de pijn vergeet ik niet. En mijn vertrouwen in het kunnen van mijn lijf, het aankunnen van pijn heeft ook wel een beschadiging opgelopen.

WARDA

Plaats een reactie