Van verloskundige naar ziektewet en zorgmama

| ,

In mijn laatste blog schreef ik al dat ik sinds maart 2019 in de ziektewet zat. In deze blog wil ik jullie meenemen wat er na Lux haar geboorte met mij gebeurde. Waarom ik uiteindelijk in de ziektewet belandde en welke keuzes ik maakte.

Mijn verlof van Lux liep anders dan verwacht uiteraard (dit kun je hier en hier terug lezen), maar ik had niet perse een slecht verlof. Ik had zelfs zin om weer te gaan werken. Ik werkte in een verloskundigenpraktijk (als waarnemend verloskundige) die sinds januari 2018 gefuseerd waren. Dit betekende wel dat de afstand vanuit thuis te groot was geworden voor de aanrijdtijd (in geval van spoed), dus logeerde ik sinds die tijd, tijdens mijn diensten, in een B&B. Dit betekende dat ik één a twee keer per week 24-48 uur van huis was en eens in de vier a vijf weken ik weekenddienst van vrijdagavond tot maandagochtend had. In mijn zwangerschap en net na mijn verlof was het heel fijn om af en toe ergens anders te slapen, niet thuis te zijn. Zo had ik de volledige focus op mijn werk en soms had ik betere nachten dan thuis.

Maar de weken werden thuis pittiger: verschillende ziekenhuis afspraken, therapieën voor Lux, maar ook voor Loa. Alles stond op de vrije uren en dagen ingepland. Er was geen dag meer dat we echt thuis waren. Daarbij was Lux nog regelmatig ziek en vaak net in het weekend dat ik moest werken. Ik werkte zo’n drie a vier dagen in de week, waarbij ik veel avonden niet thuis was, inclusief de extra taken werd het mij teveel. Maar toegeven ho maar, ik buffelde gewoon door. Ondertussen vrat de onzekerheid van Lux toch aan me. Er was iets met haar, maar wat? Ik had mijn zwangerschap, bevalling en kraamtijd nog niet verwerkt en de jaren daarvoor met de miskramen en zwangerschapswens, waren ook niet bepaald gemakkelijk geweest. Iedereen om ons heen zei: ‘Hoe doe je het toch?’, ‘Wat zijn jullie sterk’ en ‘wat is het veel’, maar zelf zag ik dat allemaal niet. Je roeit toch met de riemen die je hebt. Het is nou eenmaal zo, dus daar doen we het mee. Tot eind oktober 2018 één van mijn beste vriendinnen zei dat ik zo niet langer kon doorgaan. Ik zou er aan onder door gaan. Diep van binnen wist ik dat wel, maar dat zij het hardop uitsprak, zette me aan het denken. Ik schakelde de huisarts in en kreeg een verwijzing naar de psycholoog. Daar kon ik helaas pas in januari 2019 starten. Maar goed, het begin was gemaakt.

In de tussentijd had Lux haar eerste ziekenhuisopname met RS én buikgriep en kregen we te horen dat er inderdaad een hersenafwijking was. Het bracht allemaal zoveel emoties en onzekerheden, maar op de één of andere manier sloot ik me daar voor af en werd ik alsmaar vlakker in mijn emoties. Het was zelden dat ik huilde als ik het verhaal van Lux vertelde, het had over de problemen die ik ervaarde en mijn verhaal deed bij de psycholoog. In het ergste geval werd ik even emotioneel en slikte ik de tranen weg. De enige momenten dat ik echt kon huilen was als ik een zielige moment had in een film of serie en lekker alleen op de bank zat. Dan kon ik hard om die scene huilen. Dat luchtte op en dan was ik het even kwijt. En eigenlijk is dit al jaren zo. Ik ben hard. Keihard. Voor mezelf en soms ook voor anderen. Maar ondertussen onzeker en bang om te falen. Op en af is deze wordsteling met mezelf er altijd al geweest. Ik heb het mezelf, onbewust, moeilijk gemaakt. Door alleen nog maar te denken en te doen en liever zo weinig mogelijk te voelen, heb ik die hele gevoelskant afgesloten. Het duurde dan ook even voordat ze daar doorheen prikte en daar achter kwamen. Bij deze psycholoog kreeg ik de diagnose depressie en burnout. Ik was letterlijk opgebrand, lusteloos en negatief. Ik kon niet meer. Ik wilde niet meer en liet me alsjeblieft maar gewoon met rust. Een druk gezin en een veeleisende onregelmatige baan was niet een goede combinatie. In mijn geval ging het gezin er aan onderdoor, vooral mijn man, maar ook Loa moesten het ontgelden. Het was niet echt gezellig. Alle energie ging naar mijn werk, want daar moest ik mijn hoofd er voor de volle 100% bij kunnen houden. Je bent immers met zwangere vrouwen en hun kinderen aan het werk, daar kun je niet in verslappen. Uiteindelijk nam ik pas in maart (wederom door gepush van vriendinnen en psycholoog) de beslissing om de ziektewet in te gaan. Op de één of andere manier durfde ik die stap niet zelf te nemen. Ik kan en durf mijn eigen grenzen blijkbaar niet aan te geven. Waarom? Geen idee. In de week voordat ik de ziektewet in zou gaan, werd Lux weer opgenomen met het RS-virus. Jeetje, wat was die week heftig. Opnieuw werd het vertrouwen in Lux haar gezondheid geschaad. Ik balanceerde al op het randje van wat ik nog aan kon.

En toen zat ik thuis…. Al vrij snel vroeg ik me af hoe ik bij dit drukke schema ooit gewerkt had. Gelukkig ging Loa inmiddels naar school. Het was fijn dat ik er in die periode thuis voor haar kon zijn, maar ook erg fijn dat wij niet 24 uur meer bij elkaar op de lip zouden zitten. En zowel Lux als Loa gingen twee a drie dagen in de week naar de oppas of oma, zodat ik mijn rust kreeg. Dit had ik ook echt nodig. Ik heb altijd gezegd dat ik geen moeder ben die 24/7 bij haar kinderen wil zijn en ik weet ook dat het gewoon niet werkt. Loa is 1 op 1 een kopie van mij. Beiden pittig, temperamentvol en eigenwijs. Geen goede combinatie 24/7. Zeker niet nu ik niet lekker in mijn vel zit. Ik geloof dat ik dat ook meteen het ergste vind van de afgelopen twee jaar: ik kon geen goede moeder zijn voor Loa. Mijn geduld is op en mijn frustratie des te groter. In combinatie met een kleuter die toch doet en zegt wat ze zelf wil, is het plaatje compleet. Het is heftig, heel heftig. Loa weigert of doet iets verkeerd. Ik word boos. Loa weigert nog harder en begint te schreeuwen. Ik ontploft. Loa ontploft. Ik straf Loa. Loa zet het op een krijsen. Het cirkeltje is rond. Een vicieuze cirkel, ik weet het. Zij voelt het feilloos aan, kan er eigenlijk niets aan doen en ik moet haar juist handvaten bieden. En dit is precies waar ik voor wil knokken, waarvoor ik keihard knok, een betere moeder zijn, een beter versie van mezelf worden. En dat kost tijd……

Al vrij snel in het proces met de psycholoog kom ik tot de conclusie dat mijn gezin mijn alles is, mijn nummer 1. Mijn familie en vrienden om mij heen staan op 2. En mijn werk als verloskundige, mijn grote passie, staat op 3. In de afgelopen acht jaar als verloskundige heb ik geen vaste baan gehad. Toen ik afstudeerde was het moeilijk om werk te krijgen door een overschot aan verloskundigen en een afnemend geboortecijfer. Ik heb veel in de regio kunnen werken, maar heb ook noodgedwongen elders in het land gewerkt (voordat we kinderen hadden). Toen was me al duidelijk dat ik niet de regio uit wilde verhuizen voor mijn werk, daar zouden we niet gelukkig van worden. Ik heb een tijdje in de kraamzorg gewerkt ter overbrugging, werd mama van Loa en haalde mijn echo-diploma. Ik kwam weer aan het werk als verloskundige in de regio en kreeg een jaarcontract. Er veranderde veel binnen die praktijk. Ieder jaar was het onzeker of ik kon blijven. Iedere keer kreeg ik weer een jaarcontract en probeerde zoveel mogelijk mee te veranderen. Ieder jaar vroeg ik me weer af: “is dit wat me gelukkig maakt? Levert het meer op dan het kost (zowel in energie als financieel)?” En ieder jaar zette ik door. Ik volgde mijn passie. Als klein meisje was ik al gefascineerd door baby’s, zwangerschappen en bevallingen. Ik volgde mijn droom en maakte hem waar. Ik moest er hard voor werken, ik moest er voor vechten maar dit was mijn roeping, dit was mijn vak. Het vak is fantastisch, daar kan ik pagina’s over vullen, maar het wereldje eromheen is minder fantastisch, moeilijk en niet altijd gezellig. Afgelopen jaar maakte ik met de psycholoog weer de balans op. Kan ik hiermee doorgaan? Is het het allemaal nog waard? Nee, ik stop! En terwijl ik dit schrijf rollen de tranen weer over mijn wangen. Dit is tot nu toe de moeilijkste beslissing geweest in mijn leven: Mijn droom moeten opgeven, mijn passie laten varen. Maar dit is wat ik moet doen.

De situatie rondom Lux, de zorg die ze nodig heeft. Loa die mij nodig heeft. Het werken als waarnemend verloskundige, als zzp-er, en de eisen en verwachtingen die daaraan gesteld worden, de onzekerheid, continu de vraag aan mezelf of ik wel een goede verloskundige ben, de onregelmatigheid, het vele van huis zijn, het wereldje rondom de verloskunde, de hoge kosten die het meebrengt om verloskundige te zijn en mogen blijven. Dit alles maakt dat ik op dit punt ben beland. En hoe moeilijk deze beslissing ook was, hoe pijn het ook doet, dit is precies de juiste stap. Dit geeft mij de kans weer op te bloeien, mezelf terug te vinden, te staan waar ik voor wil staan: mijn kinderen, mijn huwelijk, mijn gezin!

Het traject bij de psycholoog heb ik van de zomer al afgesloten. Ze heeft mij op weg geholpen, maar helaas was het nog niet voldoende. Ik gaf bij de huisarts aan dat het echt nog niet verholpen was en ik alles behalve mezelf ben. Ik werd naar de praktijkondersteuner gestuurd. De gesprekken daar gaven weer nieuwe inzichten en ik leerde weer wat meer over mezelf. Zij verwees me weer door naar een psychotherapeut. Daar ben ik nu twee keer geweest en mijn nieuwe traject start vandaag. Dit voelt goed, de therapeut is een heel fijn persoon en ik heb het gevoel dat ik hier op mijn plek zit. Vanuit hier gaan we verder kijken en weer vooruit kijken. Het zal nog even tijd kosten. Ik zit nog steeds niet lekker in m’n vel, ben nog vaak neerslachtig en heb nergens zin in. Maar ten opzichte van een half jaar geleden heb ik wel al stapjes gemaakt. Helaas wil de arbeidsongeschiktheidsverzekering niet langer uitkeren, zij vinden dat ik beter ben. Hier ben ik het absoluut niet mee eens en ik ben zelfs overtuigd dat als ik weer aan het werk zal gaan als verloskundige, het een gevaar voor mezelf of de cliënten zal zijn, omdat ik het gewoon nog niet aankan. Ook daar kan ik nog wel een boekje over open doen, maar we hebben besloten te stoppen om dit aan te vechten. Eind december liep mijn contract bij de verloskundigenpraktijk af, dus officieel ben ik nu ook werkloos. Hans en ik hebben besloten dat ik voorlopig thuis blijf bij de kinderen. Rust vinden in de situatie en de kans krijgen om te herstellen en beter te worden. En daarna ook de kans krijgen om uit te zoeken wat ik graag zou willen gaan doen in de toekomst. Het is niet de ideale situatie, vooral financieel niet. Maar op deze manier hebben we geen opvang nodig voor de kinderen en hoeft Lux niet met de taxi naar het KDC drie dagen per week (dat wilde ik nog echt niet). Ik ga wel door met mijn webshop. Naast dat dit mijn ontspanning is, levert het gelukkig ook financieel iets op.

Ik ben op de goede weg. Ik denk de juiste route te hebben gevonden. Ik kom er wel!

LIEKE

Plaats een reactie