Nola* is er niet meer

| , ,

Meike vertelt in een minireeks over haar zwangerschap en bevalling van Nola*. Een paar weken na de geboorte komt prachtige Nola te overlijden. Lees hier haar vorige delen voordat je hieronder verder leest. Meike en Farley haalden de beademing van Nola* af. Ze hield het lang vol! Zo lang, dat ze levend mee naar huis mocht. Daar voelt mama Meike zich soms gewoon een normale moeder die met haar pasgeboren baby in bed ligt. Nola ziet er van buiten zó uit als een sterke en gezonde baby, hebben ze het wel écht goed gezien?

Ons ochtend ritueel herhaalt zich; checken of Nola nog leeft, bij mij op de borst, vrienden en familie appen, Farley wakker maken, wisselen, ontbijten in bed, douchen en naar beneden.

Maandagmiddag worden we gebeld door de neonatoloog uit het VU. Ze hebben nog een soort “opper-neonatoloog” naar de scans laten kijken. Dat is een dame die al met pensioen is, maar nog de hele wereld overvliegt voor lezingen en dergelijke. Ook zij bevestigt: zoveel schade, dat meisje kan echt geen kwalitatief of zinvol leven leiden. Maar wanneer ons meisje besluit te sterven, dat kunnen we alleen maar afwachten.

Deze avond wordt het toedienen van glucose gestopt. Dit bespoedigt namelijk ook het proces, want dat is – ook al is het maar een minimale hoeveelheid – toch een vorm van vocht en suikers. Met de huisarts bespreken we ook wat er dan kan gebeuren. Vanwege lage suikers kan het ook zijn dat ze dus gaat stuipen. Pfoeh, oké, we weten echt niet wat we nog kunnen verwachten. Hoe lang zal het nog duren? ‘Nou, met deze temperaturen zal ze woensdag waarschijnlijk niet halen’… Oké, nou dan houden we ons daar maar aan vast, want wij zitten ook wel aan onze max. Elke minuut die ze er nog is voelt als een gewonnen minuut, maar het is zo’n uitputtingsslag en mentale lijdensweg: het wachten tot je baby sterft.

‘s Avonds komt de thuiszorg langs en zij koppelen de glucose af. Dit voelt voor mij als een breekpunt. De twee dagen hiervoor kon ik nog een soort van doen alsof Nola gewoon bleef leven, maar het moment dat de glucose wordt afgekoppeld voelt als een eindpunt. Ik ben enorm emotioneel en het voelt alsof Nola gelijk daar het leven laat. We gaan volgens ons gebruikelijke riedeltje slapen. Ik app ‘s morgens weer naar familie en vrienden: ‘Ze leeft nog hoor!’

Elke dag komt de huisarts langs en ook iemand van de thuiszorg. Op woensdagavond krijgt Nola, naast de bestaande medicatie, ook nog morfine toegediend. Dit zal het proces bespoedigen en zorgt er ook voor dat ze echt comfortabel is. Tot ieders verbazing is ons meisje er namelijk nog… Donderdag komt er weer een kantelpunt voor mij. Farley is vandaag jarig en er komt weer wat familie langs. Ik ben kapot en kan niet meer. Ik ben zo trots op mijn meisje, dat ze iedereen heeft verbaasd en vooral dat ik haar ook nog zo heb kunnen leren kennen. Nola begint er steeds meer uitgemergeld uit te zien. We bespreken dit met de huisarts, maar er is geen andere optie. Het is echt afwachten… Hij benoemt ook dat, wanneer het einde nadert, Nola steeds moeizamer zal gaan ademen en soms zelfs even kan stoppen en dan weer naar lucht hapt. Hier voelt zij niets van, maar heeft puur met een basale prikkel van het lichaam te maken. ‘s Avonds app ik met wat vrienden en ik ben enorm geïrriteerd. Rot toch op iedereen die het maar beter wil maken: ‘Fijn dat jullie die foto’s hebben’… ‘Fijn dat jullie die film hebben’… ‘Fijn dat jullie nog thuis van haar kunnen genieten’… Het is helemaal niet fijn en we genieten ook echt niet meer! Het is een martelgang om mijn mooie meisje te zien aftakelen. Het is een horrorfilm die we niet kunnen uitzetten en het gaat tegen álles in wat mijn moedergevoel me zegt te doen.

We kijken de uren voorbij en het is létterlijk wachten tot onze dochter sterft. Wij zitten ondertussen al een week binnen en leven als zombies. We willen Nola absoluut niet alleen laten, dus ons leven speelt zich volledig binnen af terwijl het buiten stralend weer is. We bespreken wat we straks allemaal gaan doen als ze dood is. Wandelen, boodschappen (niet dat dat nodig is want iedereen neemt eten mee), een kast schilderen, de tuin… Allemaal plannen. Want ja, we hebben straks ook geen kind meer om voor te zorgen. Het is zo dubbel, want wanneer je weet dat het eindig is, dan wil je ook dat het klaar is en je echt kan gaan rouwen.

Op vrijdagavond maak ik nog een filmpje van Nola op mijn borst. Met man en macht krijgt ze het nog voor elkaar om een oog open te doen. Ze reutelt en ademt zo moeilijk… ‘Meisje je bent zo’n vechter…’, zeg ik. Gelukkig krijgt ze zoveel medicatie dat ze er zelf echt niets van zal merken. Ik voel ook dat het einde er nu wel bijna is. Die nacht slaap ik slecht, omdat ik bang ben dat ze in haar reiswieg naast mij zal sterven en ik wil er het liefste bij zijn. Om 5 uur word ik wakker en leg ik haar op mijn borst. Ze ademt heel onregelmatig en ik maak Farley wakker, omdat ik denk dat het moment bijna daar is. Maar dan herstelt ze zich weer en gaat ze weer redelijk stabiel door. We vallen nog een uurtje in slaap en om 7 uur wisselen we weer af en ligt Nola, met mijn hoofd ernaast, bij Farley op de borst. Zo liggen we met zijn drietjes. Om 7:28 die ochtend zien we het aan haar; ze is er niet meer. Ons mooie meisje. Zonder stuipen, zonder blauw te zijn geworden… Is ze toch rustig gestorven. Ze is er niet meer.

Op 15 augustus; 18 dagen na haar geboorte… Tegen ieders verwachting in sterft ze pas na 9 dagen nadat de beademing is gestopt en ze al geen voeding meer kreeg. Zes dagen nadat ze helemaal niets meer van vocht of suikers kreeg en dat tijdens een hittegolf met temperaturen boven de 35 graden. Ons mooie en sterke meisje. Wat had ze wel niet allemaal kunnen bereiken… Een slechte start… Botte pech… Zo onzichtbaar beschadigd…

MEIKE

Plaats een reactie