Meike: “Dit mag je ècht nooit zeggen tegen een rouwende moeder, maar wordt vaak wel gezegd

| ,

Dit stuk heb ik geschreven vijf weken nadat Nola was overleden. Ik vertel hier ongenuanceerd over “dat plekje”, als mensen adviseren om het ‘een plekje’ te geven. Dit kan confronterend zijn voor mensen om te lezen, want 90% heeft het namelijk over “dat plekje”. Ik leg ook uit waarom het op een later moment minder heftig voelt dan in de allereerste periode. Maar, wat handvatten voor als je iemand in je omgeving hebt die zoiets meemaakt..

Goed, in een vorige blog ben ik al ingegaan op een stuk theorie en rouw. Dat wilde ik je als basis alvast even meegeven. In deze blog neem ik je mee in de wat meer praktische kant wanneer je te maken krijgt met iemand in je omgeving die een dierbare verliest. Ik baseer dit op mijn eigen ervaring en dingen die ik heb meegemaakt en het zijn dus geen garanties dat dit voor anderen geldt.

Basisregels
Laten we het niet meer hebben over dat “plekje”. ‘Ik hoop dat jullie dit een plekje kunnen geven’. Gewoon-nooit-meer-zeggen. Want over welk plekje heb je het eigenlijk? Als ik het zo teruglees dan wordt het bijna een viezig klinkend woord: Dat “plekje”. Hoor je het vieze stemmetje? Dus: Nooit meer. Nooit meer zeg je: ‘Succes/sterkte met het geven van een plekje’ of ‘Ik hoop dat jullie dit een plekje kunnen geven’. Zo, nu we dat hebben gehad, kunnen we verder.

Ik bestel vaak het één of het ander online, dus na 10 dagen in het ziekenhuis lagen er behoorlijk wat “wij hebben u gemist”-briefjes op de mat. Mijn zussen hadden al een poging gedaan om deze onmogelijke speurtocht op te lossen en de briefjes te matchen bij de pakketjes die door de hele straat waren afgeleverd. Toen wij thuis waren bleek er nog een groot pakket, van een niet nader te noemen Engelse modeketen, te ontbreken. De dag dat Nola overleed maakten wij een wandeling naar de begraafplaats. Om te kijken op welk “plekje” ze kon liggen. Sorry, flauwe grap. Onderweg naar de begraafplaats lopen we langs het huis van onze (relatief nieuwe) buren een paar deuren verderop. Ik zeg tegen Farley: “Laten we even aanbellen, vragen of er een pakketje is geleverd”. We bellen aan en de buurman komt aangelopen. De schrik is af te lezen van zijn gezicht. “Oh god”, denk ik, “die arme man”. Hij ziet natuurlijk “dat zielige stel waarvan hun baby dood is” staan. We vragen of er nog een pakketje ligt en hij hakkelt van niet. Dan zie ik hem worstelen en hij vraagt: “En eeehmmm, zijn jullie al lang thuis?” Ik moet moeite doen om niet in de lach te schieten. Zijn we al lang thuis? Alsof we net terug zijn van vakantie. Ik heb medelijden met hem. Medelijden dat hij zo schrikt en zich geen raadt weet met wat hij moet zeggen.

Laat ik op het bovenstaande al kort even ingaan. Als je niet weet wat je moet zeggen, zeg dan dat je niet weet wat je moet zeggen. Simpel hé? Het volstaat om te zeggen: ‘Gecondoleerd, ik heb er geen woorden voor’ of ‘Wat is het kut, ik weet niet wat ik moet zeggen’. Ook helemaal prima. Dus bij deze, als er ooit een zielig stel aan je voordeur verschijnt waarvan hun kind dood is. Weet je nu wat je moet zeggen. Alsjeblieft. Ik kan het niet vaak genoeg herhalen, maar ik begrijp het. Écht. Ik had het zelf namelijk echt niet beter gedaan.

Probeer het niet beter of lichter te maken

Wij hebben de “mazzel” gehad dat Nola nog een paar dagen bij ons thuis kon zijn. Dit was heel erg “fijn”, maar ook een enorme beproeving. Het is me opgevallen dat veel mensen (ja, ik generaliseer even flink) het heel moeilijk vinden om de nare kant van de situatie te benoemen. Dat “men” (ja, ik doe het gewoon weer) over het algemeen de situatie graag lichter of positiever wil maken. Maar in een situatie als deze is dat toch echt onmogelijk. Dus hoe “fijn” het ook is dat wij nog een paar foto’s hebben, een filmpje en dat familie haar heeft kunnen zien, is ze wel gewoon dood. Hierbij een tip: je mag zeggen dat iets “fijn” is, mits je ook de afschuwelijke kant belicht. Anders geef je mij, of wellicht iemand anders, het gevoel dat ik ook nog in mijn handjes mag knijpen dat ik in deze situatie zit.

Ben je bekend met de Tip en Top feedback methode? Daar kan je het misschien wel mee vergelijken. Geef je iemand alleen maar tips, grote kans dat die persoon niet meer met je wil praten. Dus een paar voorbeelden:

  • Je mag me feliciteren én condoleren met mijn dochter.

  • Je mag zeggen dat het een énorm klotesituatie is, maar dat je de foto’s onwijs mooi vindt.

  • Je mag zeggen dat het fijn is dat we nog een film van Nola hebben kunnen laten maken, maar dat we eigenlijk helemaal nooit deze film hadden moeten hebben.

“Het komt wel goed”

Wat komt wel goed? Dat er wel een ander kind komt? Daar geloof ik ook wel in, maar Nola komt niet meer terug. Het komt dus niet goed.

“Laat het me weten als ik iets voor je kan doen”

Heel goed bedoeld. Maar een veel te grote vraag. Je moet je voorstellen: wij zitten als twee zombies op de bank. Niks doet er meer toe. Zou jij zelf iemand een maand later nog vragen om je wc te komen schoonmaken? Nee hè? Dus als de zoveelste persoon dit, goed bedoeld, voorstelt zeggen wij gekscherend tegen elkaar:

  • Nou je kan de kozijnen wel even komen schilderen?

  • Je mag het asbest dak van de schuur wel vervangen?

  • Vanwege de keizersnee mag ik een tijd niet opnieuw zwanger worden, dus je mag wel onze draagmoeder worden of één van je kinderen aan ons geven? (Galgenhumor, ja ja echt waar dit hebben we tegen elkaar gezegd).

Dit waren vast niet de dingen die je bedoelde toen je voorstelde om iets voor me te doen hè?

“Je kan me altijd bellen”

Ook zo goed bedoeld, maar voor iemand in rouw, een te grote drempel. Ook hier geef ik je wat praktische tips als je écht wat wil doen:

  • Ik sta in de supermarkt, heb je nog melk of iets anders nodig?

  • Ik ben morgen bij je in de buurt, zal ik je planten even water geven of stofzuigen? Jij mag kiezen, maar ik kom iéts voor je doen.

  • Ik kom straks even langs om je wat eten te brengen.

  • Als je wil kom ik binnen om te kletsen en anders ga ik gewoon meteen weg.

  • Ik wil je volgende week meenemen naar de bioscoop, zodat je er even uit bent en ik begrijp het als je last minute beslist dat het toch teveel voor je is.

  • Zal ik je zo even ophalen en dat we samen langs het grafje van *naam* wandelen?

Sidenote: het is natuurlijk afhankelijk wat je relatie is tot degene in rouw en of deze ook echt erop zit te wachten dat jij één van bovenstaande voorstelt. Ik zit namelijk ook niet te wachten op 20 pannen soep voor de deur van vage kennissen. Bovenstaande voorstellen zijn ook extra krachtig in de periode ná de uitvaart. Dus niet alleen goed bedoeld iets aanbieden als het net gebeurd is, maar juist enkele weken of zelfs maanden later.

Iets laten horen is altijd beter dan niets

Ik ben geroerd door de lieve reacties van volslagen onbekenden en onze families en vrienden zijn ook fantastisch. Toch zijn er wel een paar, waarvan ik misschien wel had verwacht of gehoopt iets te horen. Een appje volstaat, hoe makkelijk is het digitale tijdperk? En als je niet weet wat je moet sturen, dan heb ik de volgende tip. Je kan áltijd sturen: “Ik wil je laten weten dat ik aan je denk”. Als je het niet weet, dan kun je altijd vragen: “Waar heb je behoefte aan?” of “Wat heb je van mij nodig?”

Hou vol en heb geduld

Ik lees je berichtjes écht en ik heb gezien dat je een kaartje hebt gestuurd. Zelfs als je meerdere kaartjes hebt gestuurd of bloemen. Ik heb het gezien en ik waardeer het! Soms is het zo overweldigend dat ik niet of nauwelijks op je reageer. Dan wil ik je vragen: blijf het proberen, hou vol en heb geduld met me. Ik heb je namelijk nodig als ik hopelijk straks weer terug keer in “de normale wereld”. Als jij na een maand, halfjaar of een jaar (of zelfs na vijf jaar) stuurt dat je aan Nola moest denken of me sterkte wenst, al is het maar een appje, dan vind ik dat fijn. Want de echte leegte en het verdriet, dat gaat nu pas beginnen.
Disclaimer: Bovenstaande heb ik gebaseerd op mijn eigen ervaring (en ook wel op die van een aantal “lotgenoten”). Dit is dus geen universele handleiding “hoe ga je om met iemand in rouw”. Zo vindt Farley namelijk weer hele andere dingen prettig dan ik. Je mag dus ook altijd vragen aan iemand wat diegene fijn vindt qua contact. De één heeft namelijk behoefte aan rust, de anders juist aan contact en ook dit kan weer per dag verschillend zijn.

Ik hoop dat je er wat aan hebt en je jezelf ook iets minder ongemakkelijk voelt als er iemand in je omgeving te maken krijgt met een groot verlies.

MEIKE

Plaats een reactie