Bevallingsverhaal: De inleiding wordt verzet, omdat er te weinig bedden zijn

| ,

“Ik moet je helaas vervelend nieuws vertellen”

Een dag voordat we ons moeten melden bij het ziekenhuis, heb ik nog een high tea met mijn vriendin Mare. Zij is de enige (naast onze familie) die weet wanneer ik word ingeleid. Het is een fijne afleiding van de pijn. Als we plaatsnemen, geeft ze mij een cadeau. ‘Je mag het pas openmaken als je morgen in het ziekenhuis bent. Er zit ook een tekening in van Eline. Ze wilde zo graag een tekening voor de baby maken’, zegt Mare. ‘Oooh wat ontzettend lief van jou en van Eline.’ Ik word er emotioneel van en voel de tranen in mijn ogen branden. Net op dat moment gaat de telefoon. ‘Ziekenhuis’, zie ik op mijn telefoon staan. Ik neem op. ‘Hallo Marieke, je spreekt met Anke van de afdeling verloskunde. Ik moet je helaas vervelend nieuws vertellen’, hoor ik. ‘Wat is er aan de hand?’, vraag ik. ‘Helaas zijn alle bedden op de afdeling nog bezet, dus de inleiding van morgen kan niet doorgaan’, zegt Anke. ‘Oh dat is inderdaad erg vervelend’, stamel ik, ‘wanneer kan ik dan wel terecht?’. Ik kan waarschijnlijk donderdag langskomen. “We raden je aan om morgenavond te bellen of er ècht plek is’, besluit Anke. Nadat we een tijd hebben afgesproken, hang ik op. Ik leg de situatie uit aan Mare en het drukt wel een stempel op onze high tea. Ik doe mijn best om nog gezellig te zijn, maar dat is moeilijk. Ik stuur ook een appje naar Jacob, dat de inleiding wordt verplaatst naar donderdag.

Ik krijg de eerste tablet in van de inleiding ingebracht

Twee dagen later op donderdag 23 juli rijden we in alle vroegte al naar het ziekenhuis. We mogen ons om 7 uur melden. Ik vind het spannend. “Wanneer zal de bevalling echt gaan beginnen? Hoe zal dat gaan?”, bedenk ik me. Ik vind het een gek idee dat ik terugkom in mijn huis mèt een baby. Nadat we intrek hebben genomen op mijn eenpersoonskamer, komt er een verloskundige langs. Zij vertelt mij de procedure. Ik krijg een tablet ingebracht die ervoor moet zorgen dat ik ontsluiting krijg. Als ik 1 à 2 cm ontsluiting heb, breken ze de vliezen en krijg ik weeënopwekkers toegediend. Ze brengt meteen de eerste tablet in en dan begint het lange wachten en niets doen. Ik breng de dag door met televisie kijken, spelletjes op mijn telefoon, forummen en appen met Mare. Elke 4 uur krijg ik een tablet ingebracht, maar verder gebeurt er niet zoveel. Aan het einde van de dag gaat Jacob naar huis. Hij kan lekker thuis slapen en zo tegelijkertijd voor de katten zorgen. Het lukt mij niet om in slaap te vallen. Ik ben vergeten om oordopjes mee te nemen, waardoor ik alles mee krijg van wat er op de gang en andere kamers gebeurt.

Ik voel plotseling krampen opkomen

Vrijdagochtend ben ik allang wakker, ruim voordat de verpleegkundige binnenkomt. Even later komt de verloskundige ook langs. Ze voelt of ik vorderingen heb gemaakt, maar ik ben helaas nog helemaal niets opgeschoten. Ik krijg weer een tablet ingebracht. Ik breng de dag door met spelletjes op mijn telefoon en series op mijn tablet. Die heeft Jacob meegenomen vanmorgen. Net als oordopjes voor de komende nacht. Als het avond is en ik aan het eten ben, voel ik dat ik harde buiken krijg. “Zijn dit misschien beginnende weeën?”, denk ik. Ik moet de krampen echt een beetje wegpuffen, dus ik heb goede hoop dat er iets is begonnen. Ik val toch in slaap en ik doe mijn ogen de volgende ochtend pas weer open. Ik kijk in het gezicht van de verpleegkundige. ‘Goedemorgen Marieke! De verloskundige komt er zo weer aan om te kijken hoe het met je gaat. Hoe was je nacht?’, vraagt ze. ‘Ik heb echt heerlijk geslapen!’, zeg ik tegen haar.

Eindelijk goed nieuws: ik heb ontsluiting

Ik loop naar de badkamer en maak nog een foto van mijn buik. ‘Wie weet is dit wel de laatste foto’, gaat er door mijn hoofd. Ik fris mezelf een beetje op en ga naar het toilet. Net als ik weer op mijn bed lig, komt de verloskundige binnen. Ze voelt of ik ontsluiting heb en zegt: ‘Marieke ik heb goed nieuws. Je hebt 2 cm ontsluiting. Dit betekent dat ik je vliezen kan breken.’ Ze voegt meteen daad bij woord. Wat een vreemd gevoel. Ik voel het vruchtwater langs mijn benen stromen, terwijl ik daar op mijn bed lig. Ik app Jacob: ‘Mijn vliezen zijn gebroken! Wie weet gaan we vandaag Thijs ontmoeten.’ Hij appt vrijwel meteen terug: ‘Ik drink snel mijn koffie op en kom naar het ziekenhuis’. (Lees hier over de ontmoeting en bijzondere constructie met Jacob wat betreft co-ouderschap).

Ik wil graag een ruggenprik

Een half uur later als Jacob er net is, worden er via een infuus weeënopwekkers toegediend en die doen al heel snel hun werk. Nog geen uur later weet ik echt niet meer waar ik het moet zoeken van de pijn in mijn rug. Zo voelen weeën dus! Bij elke wee geeft Jacob een goede druk in mijn rug, maar ik geef toch aan bij de verpleegkundige dat ik een ruggenprik wil. De anesthesist wordt voor mij opgeroepen, hopelijk verlicht dat wat van de pijn. Het lijkt een eeuwigheid te duren, maar een uur later komt hij binnenlopen om de prik te zetten. In dit ziekenhuis gebeurt alles in de bubbel van je eigen kamer, wat ik echt een zegen vind. Ik mag op de rand van het bed zitten. Op dat moment komt er weer een wee, straks zal ik die niet meer voelen, wat een geweldig idee. Als de prik is gezet, zie ik op de monitor wanneer ik een wee heb, maar ik voel het niet meer.

Het persen kan beginnen

Om 12 uur komt de verloskundige weer langs. Ze checkt hoeveel ontsluiting ik nu heb. Het is gevorderd naar 5 cm, dat gaat redelijk vlot. Om 16.00 uur komt er een andere verloskundige binnen, want de avonddienst is begonnen, ook zij doet een controle en ik zit dan al op 8 cm ontsluiting. Het gaat de goede kant op. Helaas voel ik de weeën weer en omdat ik al op 8 cm ontsluiting zit, mag ik geen nieuwe lading van de de ruggenprik meer. Ik moet het nu weer zonder pijnmedicatie doen. Een paar uur verder ben ik eindelijk zover dat ik mag gaan persen. Ik ben nu al zo vermoeid, dat ik niet weet hoe ik dit moet gaan doen. “Ik wil niet meer. Laat hem maar lekker zitten daarbinnen”, denk ik.

De placenta komt niet

Na driekwartier persen ben ik echt zo kapot. Mijn lijf doet aan alle kanten zeer. Ik heb ook het gevoel dat ik nog helemaal niets ben opgeschoten. De gynaecoloog wordt erbij gehaald en het blijkt dat Thijs een sterrenkijker is, dat maakt het allemaal net iets lastiger. Er wordt besloten om Thijs te halen met een vacuümpomp en 10 minuten later hoor ik iemand zeggen: ‘Doe je ogen open Marieke. Je zoon is er.’ Ik doe mijn ogen open en daar is hij, mijn zoon Thijs. Hij wordt op mijn borst gelegd. Ik word overmand door allerlei gevoelens. Ik ben zo gelukkig. Samen met Jacob naast mij, zitten we in onze eigen bubbel. Ik geniet met volle teugen van dit mannetje op mijn borst. Het eerste half uur gaat alles compleet langs mij heen. Totdat ik de paniek in de stem opmerk van de verloskundige: ‘De placenta is er nog niet uit Marieke. Je moet nu  naar de OK!’ Thijs geef ik met moeite af aan zijn vader. De verpleegkundige rent met mij in bed naar de OK. Ik merk op dat ik het ijskoud heb. “Wat gaat er nu gebeuren?”, vraag ik me af. Ik ben heel erg angstig en ik heb geen idee wat ik kan verwachten. Eenmaal in de OK krijg ik een kapje op en ben ik direct weg.

Mijn moeder komt de uitslaapkamer binnen

Een paar uur later word ik wakker en ik heb het nog kouder dan daarvoor, echt ijskoud, zo koud heb ik het nog nooit gehad. Ik lig te bibberen onder de deken en mijn tanden klapperen op elkaar. De verpleegkundige legt een speciale warme deken over mij heen en langzaamaan merk ik dat ik het warmer begin te krijgen. Ook krijg ik een zak bloed toegediend aangezien ik heel veel bloed ben verloren tijdens de bevalling. Op dat moment zie ik Jacob binnenkomen met Thijs in een wiegje. Wat is hij mooi! Ik heb op dat moment totaal geen besef van tijd, maar ben wel stomverbaasd dat enige tijd later mijn moeder en Henk ook de uitslaapkamer binnenkomen. De verpleegkundige zegt: ‘Ik dacht dat je het wel fijn zou vinden als je moeder bij je is’. Wat ben ik blij met deze geweldige verpleegkundige, want inderdaad degene die ik nog miste in dit plaatje was mijn moeder.

Om 22.30 uur ben ik weer terug op onze kamer en ligt Thijs aangekleed in mijn armen. Jacob staat aan de ene kant van mijn bed en mijn lieve mams aan de andere kant. Ik ben zo blij dat zij als eerste kennis heeft gemaakt met Thijs en dat ik nu de twee belangrijkste mensen in mijn leven bij mij heb. Die eerste nacht slaap ik nauwelijks. Ik wil alleen maar kijken naar dat prachtige kindje dat in het bedje naast mij ligt. Ik ben op deze stormachtige dag moeder geworden van het mooiste kindje op deze planeet, Thijs Dion Milan.

MARIEKE

Plaats een reactie