Bij de 20-wekenecho bleek dat ons kindje een afwijking had met een kans van 1 op een miljoen

| ,

Vanaf het begin van de zwangerschap had ik al het idee dat er iets niet goed was. Voor deze zwangerschap ben ik met ongeveer zes weken een kindje verloren. Ik woonde met mijn dochter Liv bij mijn ouders, terwijl ik Raymond leerde kennen. Wij kenden elkaar net een paar maanden toen wij erachter kwamen dat ik zwanger was. Ik had eerder gezegd dat ik geen kinderen meer wilde na mijn zwangerschap van Liv. Ik stond er alleen voor en dit vond ik erg moeilijk. Ook was de bevalling van Liv geen pretje. 

Ik kreeg zeurende buikpijn

Nadat wij de test hadden gedaan en beiden een beetje van ons apropos waren, ben ik weer naar mijn ouders vertrokken. Op zondag was mijn moeder jarig en dit zou de eerste keer zijn dat Raymond mijn ouders ontmoette. Wij besloten niks te zeggen over de zwangerschap, omdat wij nog maar zo kort bij elkaar waren en ik op dat moment nog met Liv bij mijn ouders woonde. De ochtend van mijn moeder haar verjaardag had ik zeurende buikpijn en wat bloedverlies, gelukkig niet al te heftig. Maar ik maakte me toch zorgen.

Mijn moeder schrok van het nieuws

‘s Middags werd de pijn erger, maar ik durfde niks te zeggen tegen mijn familie. Raymond is na het avondeten naar huis gegaan. Ik verloor nu echt bloed en de pijn als maar extremer en extremer. Ik kon mij niet meer inhouden en heb mijn moeder naar boven geroepen. Ze schrok en zei: “Manon dit kan niet. Je woont nog hier, hoe had je je dat voorgesteld?”. Kort daarna verloor ik het vruchtje. Na contact met de verloskundige konden wij op maandag terecht om te kijken of het een miskraam was. En helaas was dat zo. Ik was ons kindje verloren.

Opnieuw zwanger

Het was duidelijk dat wij na het verlies van dit kindje toch wel samen een kindje wilden. “Leuk”, dacht ik, “een broertje of zusje voor Liv”. Na een paar maanden proberen was ik zwanger. Al vanaf het begin van de zwangerschap van Sterre voelde het niet goed. Ik had een onderbuikgevoel dat er wel eens wat aan de hand kon zijn. Alle controles waren goed en haar hartje klopte perfect. Met 13 weken hebben wij de NIPT laten doen. Hieruit kwam niks naar voren. Met 14 weken kwamen wij erachter dat het een meisje was. Ik kon mijn geluk niet op. Twee meiden, een zusje voor Liv.

Ons kindje bleek een ernstige hartafwijking te hebben

Met 19 weken hadden wij de 20-wekenecho bij het echocentrum bij ons in Deventer. Alles leek goed, alleen was er een afwijking aan het hartje te zien. Wij werden doorgestuurd naar het ziekenhuis voor een uitgebreide 20-wekenecho. De gynaecoloog keek Sterre weer van boven tot onder na. Ik heb nog nooit met zoveel zenuwen in mijn lichaam op de bank gelegen bij de gynaecoloog. Ook hij zag een afwijking aan haar hartje. Na wat uitleg werden wij doorgestuurd naar het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht. Ook hier hebben ze alles nog dubbel nagekeken. Het bleek een zeer ernstige hartafwijking te zijn. Een onderbroken aortaboog en een gaatje tussen de hartkamers. Omdat deze hartafwijking paste bij het 22q11 syndroom boden ze ons aan om een vruchtwaterpunctie en DNA-onderzoek te doen. 

Wat moesten we nu beslissen?

Na anderhalve week was de uitslag daar. Ons kindje had een ernstige hartafwijking en het 22q11-syndroom. We waren beide geen drager, dus het was een kans van één op een miljoen dat ons kindje dit zou hebben. Meteen na ons gesprek konden wij door naar de klinisch geneticus. “Wat ga ik doen als mijn kindje deze diagnose heeft?”, vroeg ik me af. Het was lastig om uit te leggen wat voor leven ons kindje zou krijgen. Zwaar en moeilijk zou het sowieso worden, als ze de zware operaties al zou overleven. Of mijn kindje op een zeer vroege leeftijd psychoses gaat krijgen, ooit zal lopen, kan zien en horen, was onzeker. Dit zou allemaal pas na de bevalling blijken. Wij kozen ervoor de zwangerschap te beëindigen, omdat wij haar niet een heel leven vol leed wilden geven. Deze beslissing hebben we met ons hoofd genomen. Wat nou als wij ooit een keer uit de tijd raken, moeten wij dan maar van Liv verwachten dat ze de zorg voor haar misschien wel zwaar gehandicapte zusje moet gaan dragen. Ieder kindje zou welkom bij ons zijn. Maar wanneer wij haar leed kunnen besparen, maakte dat wij toch deze keuze moesten maken.

Ik zocht een mandje uit

Er moest veel geregeld worden. Omdat ik al ging bevallen voor de 24 weken, moet je alles zelf betalen. Samen zijn wij naar Apeldoorn gereden en hebben wij een mandje voor Sterre uitgekozen. Ik weet nog dat het mij allemaal op dat moment geen zak boeide. Ik was zo bezig met misschien is het allemaal wel niet echt en is er helemaal niks aan de hand. Het mandje hebben wij besteld en werd de volgende dag al bij ons bezorgd. In het bedje waar eigenlijk een baby in moest liggen, lag nu een mandje een mandje waar ons kindje in kwam te liggen.

Kwaad en verdrietig

Omdat ik op dat moment al 22 weken zwanger was, werd de afspraak gepland om te gaan bevallen in het Deventer ziekenhuis. Een dag van tevoren moest ik een pil innemen die de baarmoedermond week zou moeten maken. Wij zaten samen aan de keukentafel. Ik heb zo vaak gezegd: “Ik kan dit niet”. Toch heb ik de pil genomen. Kwaad en verdrietig dat dit ons moest overkomen. Het glas waar mijn water in zat, heb ik kapot gegooid tegen de koelkast. De volgende morgen moesten wij ons om 8.00 uur melden in het ziekenhuis. Met de kinderwagen waar ik het mandje in gelegd had, liepen wij door de gang van het ziekenhuis. Een jongentje en zijn ouders liepen voor ons en het jongetje zei: “Kijk papa een baby”. Op dat moment brak ik in honderdduizend stukjes. 

Een ruggenprik durfde ik niet

Wij werden naar een kamertje gebracht met een normaal ziekenhuisbed erin. Ik dacht: “Moet ik hier op gaan bevallen?”. De verpleegkunde kwam bij ons en vertelde dat ze twee tabletjes in moest brengen. “Prima, doe maar”, dacht ik. Ook kreeg ik een infuus. Als ik ergens een hekel aan heb is dat het wel. Ik dacht het allemaal wel even te doen en durfde geen ruggenprik te nemen. In plaats daarvan koos ik voor morfine. Het kwam maar niet op gang dus besloten ze mij weeopwekkers te geven. Nou toen die begonnen te werken…

Mijn vliezen knapten tijdens het persen

Ik heb nog nooit in mijn leven zo’n verschrikkelijk pijn gehad. Ook kwamen ze elke keer “even voelen”. Ik voelde me vies. Iedereen zat aan me en het duurde ook erg lang voordat er eens iemand kwam om te kijken. Diensten werden gewisseld en ik kreeg de meest verschrikkelijke verloskundige die er was. Wat heeft deze vrouw mij door een hel laten gaan. Na meer dan 13 uur in de weeën hebben gezeten, voelde ik dat ze kwam. De verloskundige voelde en zei ook dat ik nog geen volledige ontsluiting had, maar wel mocht persen. Omdat mijn vliezen nog niet gebroken waren, knapte deze tijdens het persen. Alles zat onder, Raymond maar ook de verloskundige. Ze begon te lachen op dat moment, maar ik had zoveel pijn dat het me allemaal geen zak meer kon schelen.

Helaas heb ik haar niet warm bij mij gehad

Na een half uur persen ging ze achter mij staan met een doek. Sterre werd geboren maar ze werd niet opgevangen. Ze viel tussen mijn benen en werd niet opgepakt. Ik wilde haar op me hebben toen ze nog warm was. Maar er werd te lang gewacht. 

Lieve Sterre wat had ik je graag willen leren kennen!

MANON

Plaats een reactie