Meintje (25) struggelde met veel problemen als gevolg van haar vroeggeboorte en werd gepest: “Het werd mij bijna fataal”

| ,

Ik werd op 1 maart 1997 om 18:31 uur via een keizersnede geboren. Als piepklein minimeisje van 31 cm en 743 gram. Mijn ouders noemde mij Meintje dat “de sterkste” betekent. Ik kreeg nog twee namen Celesté dat hemels betekent en Chloë dat jong betekent. Met 30 weken en 6 dagen werd besloten om ons geboren te laten worden, omdat het niet meer verstandig was voor mij en mijn grotere tweelingzus Amber. Vooral omdat ik niet goed wilde groeien.

Aan de beademing en een sonde

Ik en Amber lagen in de couveuse omdat wij aan moesten sterken. Met Amber ging het vanaf het begin goed en zij mocht na zes weken naar huis, maar ik had het zwaar. Wij lagen op de couveuse afdeling van het VU ziekenhuis in Amsterdam. Ik had direct moeite met ademen en lag aan de beademing. Ook had ik een sonde, omdat ik niet kon eten of drinken. Na een paar dagen kreeg ik problemen met mijn darmen waardoor mij buik heel erg opgezet was. Goede en minder goede dagen wisselden zich af.

Veel complicaties

Op 22 maart 1997 kreeg ik op één dag een hersenbloeding, een dubbele longontsteking en een maagbloeding. De artsen huilden, omdat ze het zo erg vonden. Mijn ouders waren al een paar dagen achtereen bij mij in het ziekenhuis, omdat het absoluut niet goed ging. Aan de hersenbloeding heb ik een vertraagde gehoor en oogontwikkeling overgehouden. Soms duurt het wat langer voordat ik iets zie of hoor. Ook ben ik soms een beetje onhandig en heb ik niet zo’n goede stabiliteit. Aan de maagbloeding heb ik gelukkig niks overgehouden.

Na zeven maanden ziekenhuis eindelijk naar huis

In zes maanden maakte ik dingen mee die een mens in zijn hele leven niet meemaakt. Ik heb heel lang aan de beademing gelegen. Zonder die beademing had ik het niet overleefd. Ongeveer twee maanden na mijn geboorte mocht ik verhuizen naar het Gemini ziekenhuis in Den Helder. Dat was voor mijn ouders ook fijn. Zo konden ze vaak bij mij op bezoek komen en hoefden ze niet meer iedere keer een uur te rijden. Na zeven maanden in het ziekenhuis mocht ik eindelijk naar huis. Ik was toen ongeveer 3 kilo, een verschil van 2300 gram met mijn geboortegewicht.

Ik kreeg intensieve eettherapie

Helaas was de ellende nog niet voorbij. Ik heb vaak dagen en nachten in het ziekenhuis doorgebracht. Vanaf mijn geboorte kreeg ik sondevoeding. Ik was namelijk te klein en te zwak om zelf te kunnen eten en drinken. Mijn ouders moesten thuis zelf de sonde inbrengen, een moeilijk en vervelend klusje. Ik was vaak eigenwijs en trok de sonde er zelf uit. Na die twee jaar was het nog niet voorbij. Ik moest naar het Wilhelmina kinderziekenhuis in Utrecht en ik kreeg intensieve eettherapie zodat ik zelf kon leren eten. Dit ging niet zonder slag of stoot. Volgens de artsen brak ik twee records. Namelijk voor de hoeveelheid die ik afviel: toen ik twee was woog ik slechts 11 kilo. En de tijd die de eettherapie duurde. Bij de meeste kinderen was dit 11 dagen, bij mij maar liefst 40 dagen.

Ik ontwikkelde mij trager dan gemiddeld

De eerste jaren van mijn leven waren zwaar en onzeker. Toen ik vier jaar was, ging ik naar de basisschool. Na een jaar in de kleuterklas zat Amber niet meer bij mij in de klas. Ik mocht nog een jaar langer kleuteren. Ik had een grote motorische achterstand door mijn vroeggeboorte. Ik moest dan ook vaak naar de fysiotherapeut of met de gymleraar extra oefeningen doen. Ook had ik heel lang logopedie. Mijn articulatie was niet goed, doordat ik door de lange sondevoedingsjaren beschadigde stembaden heb opgelopen.

Groeihormonen

Helaas waren er veel ziekenhuisbezoeken; bloedprikken, meten, wegen en röntgenfoto’s. Toen ik negen jaar was, kreeg ik groeihormonen die mijn ouders twee keer per dag moesten toedienen door het in mijn buik of been te spuiten. Door de groeihormonen werd ik onder andere al op mijn elfde al ongesteld. Iets wat ik heel moeilijk en intens vond, omdat ik er in mijn hoofd eigenlijk nog niet aan toe was. Omdat ik zo klein was, dachten mensen altijd dat ik jonger was en spraken mij op een jongere leeftijd aan.

Ik zette mij extreem in op school

Op de basisschool ging het wel oké. Ik leerde hard voor mijn toetsen. Goede cijfers legde ik mijzelf op. Ik kon toen al erg perfectionistisch zijn. Ik deed vaak alsof ik de stof snapte. Door extreem hard te leren kon ik compenseren. Maar hoe ouder ik werd, hoe onzekerder ik me voelde. Er ontstond flinke faalangst. Ik kan mij nog herinneren dat ik voor de eindtoets in groep 8 ontzettend zenuwachtig was en hierdoor lager scoorde. Gelukkig kreeg ik een faalangsttraining aangeboden die goed leek te helpen.

Toen begon het pesten

De overgang naar de middelbare school vond ik heel zwaar. Van een veilige en gezellige school, ging ik naar een grote middelbare school waar ik niemand kende. In het eerste en tweede jaar werd ik door jongens gepest. Ik hoorde twee jaar lang dag in dag uit dat ik lelijk en dom was en dat ik niks kon. Elke dag kreeg ik scheldwoorden naar mijn hoofd. Ik snapte er niets van. Ik deed toch hoe alles hoorde? Ik leerde voor mijn toetsen, deed altijd mijn huiswerk, was altijd overal te vroeg, had alles altijd als eerste af en haalde goede cijfers. Sommige mensen zeggen: “Alles gebeurt met een reden”. Maar wat de reden voor de pesters was, geen flauw idee.

De manier van pesten werd steeds heftiger

Het liep op een geven moment zo uit de hand dat ik niet meer naar school wilde. Er werden steentjes naar mij gegooid, mijn spullen werden uit mijn tas gepakt en ergens verstopt. Ook met gym werden mijn kleren verstopt. Ik kreeg steeds lelijkere woorden naar mijn hoofd; schijnheilig, k*twijf, hoer, downie en gehandicapt kind. Zo kan ik nog wel even doorgaan. “Woorden doen geen pijn doen”, zegt men weleens, nou ik weet wel anders. Ze noemden me ook “lesbi” en “transgender”. Ik had een sixpack, omdat ik judo op hoog niveau deed. De vrouwelijke vormen waren ver te zoeken. Ik raakte helemaal in de knoop met mezelf.

Blauwe plekken volgden

De banden van mijn fiets waren vaak lek. Thuis zei ik dat ik door het glas gereden was of ik verzon een smoesje. Elke pauze belde ik met mijn moeder, om de dag door te komen. We gingen ook een keer zwemmen met de klas. Mijn bikinitopje was vaker los dan vast, en dan riepen de jongens: “Kijk, zie je wel. Ze heeft bijna geen borsten, haha”.  

Ik ontwikkelde forse mentale problemen

Op aandringen van mijn mentor hield ik een presentatie over mijn vroeggeboorte. In plaats van dat ik meer geaccepteerd werd, werd het het pesten erger. Steeds vaker kreeg ik dingen te horen zoals: “Je benen zijn dik”. Mijn benen waren gespierd door judo. Eten werd voor mij beladen. Ook had ik zelfmoordgedachten. “Tegenslag”, een woord dat mijn leven omschrijft zowel op schoolgebied, als gezondheid en sport. Uiteindelijk ben ik op 0,1 punt gezakt voor mijn eindexamen. Het jaar daarna ben ik geslaagd met een 6,3 gemiddeld. Tien jaar lang heb ik elke dag in stilte gehuild van wat pesters mij hebben aangedaan. Ik heb therapieën gehad en medicatie geslikt. De pesters hebben nooit beseft wat het met mij gedaan heeft. Ik kreeg een depressie, anorexia, PTSS en verloor het plezier in het leven. Het is mij bijna fataal geworden.

Ik liet een tattoo zetten: VENI VIDI VICI, mijn levensmotto, “Ik kwam, zag en overwon”.

Klein meisje

Klein eigenwijsje

Maanden lang in een glazen huisje

Maanden lang gezelschap van mijn knuffel muisje

Hersenbloeding in mijn hoofd

het leven is niet beloofd

Maagbloeding in mijn kleine lijfje

dat zorgt voor een langer verblijfje

Sondevoeding twee jaar, elke dag

Die sondevoeding zei ik na die jaren gedag

Ik was 743 gram en 31 cm, zo klein

Ik heb nu niet aangeboren hersenletsel in mijn brein

Sterk is wat mijn naam betekent

Ik heb sterk met het verleden afgerekend

Leven met veel bochten

Leven is waarvoor ik heb gevochten

MEINTJE

1 gedachte over “Meintje (25) struggelde met veel problemen als gevolg van haar vroeggeboorte en werd gepest: “Het werd mij bijna fataal””

  1. wat krachtig dat je je levensverhaal verteld hebt en wat ben jij krachtig!!

    pesters moesten eens weten hoe ze andermans leven letterlijk kapot (kunnen) maken.

    ik heb ook PTSS ontwikkeld door verschillende dingen die gebeurd zijn maar het pesten heeft daar een hele grote rol in gespeeld.
    ik had epilepsie en was veel ziek, heb (ook) doodswens naar mijn hoofd geslingerd gekregen, te maken gehad met scheldpartijen, vernielingen en vernederingen. echt heel heftig dat anderen je zoveel pijn doen.

    ik heb ooit overwogen om een soort brief te schrijven naar mijn pesters om ze “te schrijven” wat het met mij gedaan heeft. ik vind dat best ingewikkeld maar na het lezen over jou leven maakt het me zo boos over de impact dat ik overweeg om die brief Toch te schrijven (en misschien te delen).

    ik ken je niet persoonlijk maar toch ben ik blij dat je er bent! je hebt letterlijk gevochten voor het leven en bent het ook zeker waard om te leven!

    ik hoop dat je een manier gevonden hebt om met alles om te gaan en je nu op een zo goed mogelijke manier je leven kan en mag leiden.

    veel liefs toegewenst!!

    Beantwoorden

Plaats een reactie