Lisette schrijft een reeks. Lees hieronder het vorige deel.
Hoe een prachtig weekend omsloeg in de grootste nachtmerrie van elke ouder….
Ik merk dat er een patroon is in de vragen die mensen aan ons stellen: Hoe gaat het met jou? Met Joah? Met Jeet? En men sluit vaak af met de vraag hoe het tussen mij en mijn man gaat….. Tjaaah hoe gaat het? “Op en af”, is het antwoord wat ik vaak geef. Ik heb veel geleerd in de afgelopen weken. Het rouwen op zich was al helemaal nieuw voor mij, laat staan het rouwen om mijn eigen kindje. Mijn psycholoog vertelde mij dat zij vond dat ik “goed” rouw. Ik vond dat maar vreemd in het begin. Hoe kun je nou “goed” rouwen? Hoe kun je ooit überhaupt hiermee verder leven? Ik heb geleerd dat het rouwen in vlagen komt en je er niet tegen moet verzetten, maar er in mee moet deinen. De momenten waarin ik een ontzettende verdrietige gevoel van leegte heb, wisselen elkaar af met dierbare geluksmomentjes. In het begin vond ik het lastig om de goede momenten toe te laten. Hoe kon ik mij gelukkig voelen, terwijl wij net ons kindje hebben moeten begraven? Inmiddels ben ik erachter gekomen dat je mindset deze geluksmomenten inlast om daarna weer op te laden, zodat je het daaropvolgende verdriet weer aan kunt.
Ik wil het verhaal delen
Ook heb ik geleerd dat wanneer je een slechte dag hebt, het niet automatisch betekent dat de volgende dag ook slecht wordt. Wij leven daarom nu van dag tot dag. Op slechte dagen lees ik veel over de ervaringen van andere ouders die iets soortgelijks hebben meegemaakt of schrijf ik het van mij af, zoals nu. Het lezen, schrijven, maar ook delen doet mij goed. Er zullen vast mensen zijn die het lastig vinden of het niet snappen dat ik het deel. Ook dat is goed. Je hoeft het niet te lezen, dit is (jammer genoeg) ons verhaal, ons proces en het doet mij goed. Dus (sorry voor mijn taalgebruik), I don’t give a shit!
Ik was bang om alleen te zijn met mijn gedachten
Op goede dagen gaan wij er tussenuit met zijn drieën of zoeken wij de gezelschap op van vrienden of familie. Want, oh wat hebben wij een fijne club van mensen om ons heen die dag en nacht voor ons klaar staan, letterlijk dag en nacht. De familie zorgde ervoor dat de eerste 1,5 week elke nacht iemand op de bank bleef slapen. Dat als mijn man Jethro of ik ‘s nachts wakker zouden worden er iemand was die ons kon opvangen. Geen moment lieten zij ons alleen. Dit was fijn. Want vooral ik was bang om alleen te zijn, alleen te zijn met mijn gedachten. Familie en vrienden waren aanwezig, maar lieten ons wel helemaal vrij in ons doen en laten. Ik weet nog goed dat ik niet meer kon slapen en ‘s nachts om half 6 in mijn badjas de tuin in ben gegaan om alles aan te vegen. Ook toen hebben zij mij gewoon laten gaan en gaven zij mij het gevoel dat het heel normaal was om dat te doen, op dat tijdstip en in die kleding.
Maar ook de kleine attenties die mensen aan ons gaven, deden zoveel met ons
De talloze kaartjes, kindertekeningen, brieven en die deurbel die maar bleef gaan met bloemen bezorgservices. Dit zorgde ervoor dat wij ons niet zo alleen voelden en dat Nio hier thuis in een prachtige oase van bloemen en vrolijke kindertekeningen kwam te liggen. Vriendinnen die wekenlang hun profielfoto van WhatsApp hadden veranderd in de foto hoe wij de ballonnen oplieten bij ons aan het water na de begrafenis. Zo lief! Nog steeds wanneer ik wakker word en ik op mijn telefoon kijk, zie ik de WhatsApp berichtjes binnenkomen met alleen een simpel hartje. Dat simpele hartje en die simpele profielfoto’s bezorgen mij elke keer een warm gevoel wanneer ik het zie en neemt ook een klein stukje leegte weg. Ik zou niet weten hoe wij dit ooit zonder hun hadden moeten doen en ik weet niet hoe ik hun ooit kan bedanken. Wij houden van ze.
Mensen durfden Nio’s naam niet meer te noemen
Ook heb ik gemerkt dat men het soms lastig vindt om ons onder ogen te komen, omdat zij niet weten hoe zij ons moeten benaderen of wat zij moeten zeggen tegen ons of veel erger dat zij Nio’s naam niet durven te noemen. Ook wij vinden het ontzettend lastig om hun onder ogen te komen. Wij weten net zoals hun vaak niet wat wij moeten zeggen, maar dat is niet erg, echt niet. Maar het doet wel veel met ons, want juist niets zeggen of verzwijgen is veel erger. Nio is onze zoon en dat zal altijd zo blijven. Wij zijn trots op hem en net zoals elk andere moeder praat ik graag over mijn kind. Dus over hem praten of zijn naam benoemen is juist ontzettend fijn. Wij hebben niet voor niets hem die prachtige naam gegeven.
Met Joah gaat het goed. Hij is net zoals altijd heel blij en ondeugend. Hij vraagt niet meer naar Nio, maar hij weet wel dat hij een broertje heeft. Hij is nog te jong om te beseffen dat het niet normaal is om maar 11 weken een klein broertje aan je zijde te hebben. Wij hebben hem overal bewust bij betrokken. Wij namen hem elke ochtend mee naar het mandje waar Nio in lag. Heel blij schreeuwde hij elke keer: Nio! En legde hij zijn favoriete autootje bij hem in zijn mandje. Dit autootje is ook meegegaan in het grafje. Ook heeft Joah met zijn eigen schepje de mannen mogen helpen het grafje dicht te scheppen. Wij zullen Joah altijd blijven vertellen over Nio. Nio heeft Joah tot grote broer gemaakt en dat is iets voor hem om trots op te zijn.
Met Jethro gaat het net zoals met mij, op en af. Wij doen het alle twee op onze eigen manier en dat is goed. Wat ben ik trots op die man! Hij kan zijn gevoel goed bij mij uiten en wij kunnen samen heel verdrietig zijn. Maar samen ook vol trots over Nio praten. Wij hebben nog een lange weg te gaan maar samen komen wij er wel. Drie stapjes vooruit, twee stapjes terug…….
Lees HIER het vervolg
LISETTE (Geschreven 9 weken na het overlijden van onze zoon)