Mijn hooggevoelige kind noem ik ook weleens ons stickertje

| , ,

Dit is zo’n onderwerp waar ik al een tijdje over wil schrijven. Ik hoor en lees steeds vaker over hooggevoelige kindjes en hoe elke ouder dit weer op zijn of haar manier beleeft. Evan, mijn middelste van nu 3,5 jaar, is heel fijn gevoelig. Ik vind het wel goed om dit een keer bespreekbaar te maken en te delen wat mijn ervaring hierin is. Ik kan me voorstellen dat er zat ouders zijn met hooggevoelige kindjes die tegen een muur van frustratie – en ik gok soms ook van oordelen – lopen. Het is alleen best lastig om hierover te schrijven, want hoe vertel je het zo goed en eerlijk mogelijk? Evan is voor ons gewoon Evan met zijn eigen karaktereigenschappen. Zijn hooggevoeligheid hoort bij hem en dat is wat hem zo’n mooie, pure jongen maakt waar ik met heel mijn hart en ziel van hou.

Handig is om bij het begin te beginnen en dat is het moment waarop Evan geboren werd. De wereld was voor hem spannend, groot en onvoorspelbaar. Onze aandachtsbehoeftige jongen klampte zich erg vast aan ons om de veiligheid op te zoeken. Ik noemde hem dan ook wel eens ‘mijn sticker’. Lekker veilig tegen mama of papa aan geplakt zitten. Elk kind vindt dat fijn, maar Evan net even wat meer. Ten opzichte van zijn grote zus die we overal mee naartoe konden nemen, die overal sliep en alles prima vond, had Evan andere behoeftes: rust en voorspelbaarheid. En dat gaven wij hem. We kregen wel eens de vraag of opmerking: “Hij moet er gewoon aan wennen, toch?” Dat verlangde ik de eerste tijd ook van hem, omdat ik niet beter wist. Heel even dacht ik dat er een behoorlijke kop op onze jongen zat, in plaats van dat hij gevoelig was. Toen mijn moedergevoel en zijn signalen anders zeiden, zijn we het anders gaan doen. We hielden bij hem strikt de 3 R’s aan (rust, reinheid en regelmaat). Daardoor kreeg Evan rust, wij werden rustiger en ik heb er veel van geleerd: controle en eigen principes loslaten. En niet zo’n beetje ook. Go with the flow!

Mijn hoofd vond het één, mijn gevoel zei het ander

Principes, iets waar je jezelf zo mee kan blokkeren. Althans, daar was ik een kei in hoor, sjezus. Eén van de principes die ik losgelaten had was dat Evan overal maar moest (leren) slapen, wanneer het ons uitkwam. Niet dagelijks, maar op de momenten dat wij graag weg wilden. Zo werkte dat niet. Hij sliep op zijn tijden, veilig in zijn eigen bedje of een enkele keer in de draagdoek. Dat waren voor hem de enige veilige plekken om tot rust te komen en lekker te kunnen slapen. Dat deden we dan ook. Naar een verjaardag of op bezoek gaan waar het net even wat luidruchtiger was dan thuis maakte veel indruk op hem. We bleven op die momenten niet lang, we gingen apart of we zorgden dat we op tijd thuis waren voor zijn slaapje. Daarover hebben we ook wel eens vragende blikken of opmerkingen gekregen. ’s Nachts verwerkte hij vaak alle prikkels die hij overdag niet goed kon verwerken. Dan zocht hij ook naar onze veiligheid door heel veel te willen knuffelen of te drinken. Met liefde, dat vooropgesteld! Maar ook zorgde dit heeuule lange tijd voor veel gebroken nachten en weinig energie overdag. Dat was soms best aanpoten met nog een kind in huis.

Wat betreft het doormaken van de ontwikkelingen was Evan een vlotte baby. Het omrollen, kruipen, staan en dergelijke had hij heel snel door. Als hem iets niet lukte zorgde dat voor de nodige frustratie; hij wilde veel meer kunnen dan dat hij kon. En alles deed hij met de veiligheid van ons om zich heen. Naarmate hij ouder werd merkten wij dat hij de mensen die hij niet dagelijks of wekelijks zag niet fijn vond. Iemand die te snel in zijn aura kwam begrensde hij door bozig te reageren of te gaan huilen. Ik heb vaak genoeg het gevoel gehad dat mensen het idee hadden dat hij angstig of lastig was, of dat hij hen niet leuk vond.

Een ander principe die ik wat meer heb losgelaten was het kijken van een filmpje. Daar waar Indy rond haar eerste verjaardag en daarna heel weinig een beeldscherm had gezien, werd Evan oprecht rustig van een filmpje kijken, zoals Nijntje of zo. Hij verdween zo even in zijn eigen wereldje en kon zich afsluiten van alle prikkels. Niet lang, maar lang genoeg om heel even op te laden. Ook daar hebben mensen (en vooral mensen die geen kinderen hebben of geen kind hebben die hooggevoelig is) een oordeel over viel mij op. Ik ging op die momenten mijn moedergevoel weer even extra na: waar liggen zijn behoeftes? Juist. Dan is dat het enige goede. Dikke doei dus weer voor die oordelen van anderen.

Voorbeelden van hooggevoeligheid

Wanneer is een kind ‘hooggevoelig’? Ikzelf ben niet van de stempels plakken op kinderen, verre van, maar soms is het wel zoals het is. En dat is oké. Hoe ouder Evan werd, hoe meer zijn hooggevoeligheid naar boven kwam. Om wat voorbeelden te noemen: labeltjes in zijn kleding vond hij niks, hij kon snel schrikken van (harde) geluiden, was zeer gevoelig voor pijn, nogal perfectionistisch, had moeite met grote veranderingen en oog voor de kleinste details. En, hij beleefde alles intens. Een goed voorbeeld hiervan is naar de kapper gaan. Het was echt schreeuwen tijdens het knippen en hij trilde tot op het bot, ondanks dat mijn vriendin die hij goed kent hem knipte. Na het knippen vond hij alle kleine haartjes die prikte of kriebelde in zijn nek en in zijn kleding vre-se-lijk. Thuis aangekomen sprongen we dan ook met hem onder de douche en moest hij echt bijkomen van ‘het leed dat naar de kapper gaan heet’. Het knippen lijkt inmiddels wat beter te gaan. Hij weet wat hem te wachten staat en kan dit goed benoemen naar ons toe.

En dan de welbekende driftbuien bij dreumesjes en peuters. Een (dagelijkse) driftbui omdat ze niet begrepen worden of hun zin niet krijgen of zo, het hoort erbij. De dagelijkse driftbuien waar wij mee te maken kregen waren soms zo heftig, dat ik het echt niet altijd even meer wist. Hij zat dan zo klem in zichzelf, vaak om iets heel kleins, dat het meerdere malen op een dag explodeerde. Die rollercoaster aan emoties waren soms slopend voor hem. Die gigantische frustratie dat hij niet kon aangeven wat hij voelde maakte hem woest. Dag in, dag uit benoemden wij hoe hij zich op dat moment voelde en dat boos of verdrietig zijn mag. We probeerden hem altijd positief te benaderen, omdat dat hem hielp. Zodra we er bozig op reageerden werd het alleen maar erger en keerde hij nog meer in zichzelf. Maar serieus, er waren momenten dat ook wij ontploften. Het was echt dood- en doodvermoeiend soms. Het elke keer weer benoemen naar hem hoe hij zich voelde werkte uiteindelijk wel: de driftbuien namen af en hij kon voordat er kortsluiting optrad in zijn mooie koppie aangeven hoe hij zich voelde. Halleluja, wat een verademing! Zoiets sluipt er in de loop van de tijd in, maar op den duur zijn de driftbuien minimaal. HET.WERKTE. Dat praten, echt, wat een uitkomst.

Ook het slapen ging toen hij ouder werd steeds beter. Hij werd hooguit nog maar één á twee keer per nacht wakker, waarna hij na een korte knuffelsessie gewoon weer verder ging slapen in zijn bedje. Op een gegeven moment hebben we een beloningssysteem (stickerkaart) ingezet voor het slapen ’s nachts. Eerst wilde ik dat niet, omdat ik er altijd voor hem wil zijn als hij mij nodig heeft. Maar het wakker worden was soms om het minste geringste en daar had ik echt geen trek in. Die stickerkaart werkt als een tierelier! Weer die positieve benadering hé.

Het snelle schrikken en daar echt van slag door zijn lijkt ook beter te gaan, mede door, jawel, het praten. Hij kan nu aangeven dat hij iets spannend vindt en wij kunnen daar vervolgens op inspelen. Dat geldt ook voor de andere voorbeelden van zijn fijn gevoeligheid: praten, uitleggen, aanvoelen, voorbereiden, rust inbouwen; het zit inmiddels allemaal in ons systeem.

Evan en mensen die hij niet geregeld ziet gaan nu ook beter samen. Hij selecteert steeds meer mensen die voor hem veilig, vertrouwd of oké zijn en in zijn aura mogen komen. Hij kan nu zonder boos worden aangeven of hij wil zwaaien, een handje wil geven of een kus accepteert. Wie dat niet accepteert of daar niet naar luistert krijgt dat wel te horen. Van Evan of van mij. 

Ik kan nog zoveel meer vertellen over zijn hooggevoeligheid, maar ik denk dat dit het belangrijkste is. Het geeft een heerlijk gevoel dat wij, maar vooral hij steeds meer zijn weg heeft gevonden hierin. Samen, met elkaar als gezin. De oordelen, meningen en ongevraagde opmerkingen en/of adviezen van anderen doen er niet toe. Onze jongen is vandaag de dag zo open en sociaal geworden, en meer assertief in het contact met anderen. Al die liefde, aandacht en het bieden van een rustige en veilige omgeving zijn het waard. Dat is zijn behoefte en wij geven hem die basis. Onze sticker durft zich steeds minder vast te plakken aan ons. En wij zijn trots dat hij zich nu sterk en veilig genoeg voelt om de wereld heel voorzichtig, beetje bij beetje zelf te gaan ontdekken. Met én zonder ons. Mijn lievelingsjongetje.

Liefs,

SHARON (klik hier voor haar Instagram)

Plaats een reactie