Bevallingsverhaal: “Ik heb spijt dat ik mij de hele zwangerschap gek heb laten maken door de dokters”

| ,

Vijf maanden nadat ons dochtertje Flore geboren was, begon het bij zowel Koen als bij mij te kriebelen. Drie kindjes leek ons een wonder. We besloten dat we nog even gingen wachten totdat Flore één jaar zou zijn. Ook omdat ik mentaal echt nog veel momenten had dat ik zo baalde van mijn lijf. Ik was enorm bang dat ik weer te vroeg zou bevallen bij een derde. Ik begon mij meer te verdiepen in vroeggeboortes.

Toen Koen en ik op een avond na een paar seconden besloten om het toch maar echt veilig te doen, was het al te laat. Eén zaadje greep zijn kans en maakte mij voor de dede keer zwanger. Dit keer waren we niet echt aan het proberen en toen ik niet ongesteld werd dacht ik eerst nog dat het kwam door de borstvoeding. Na een week reageerde ik zo fel naar Koen om iets heel kleins, dat ik ’s avonds een test ben gaan doen. Ik was zwanger. In shock, half lachend en huilend heb ik het Koen verteld. Ik was aan de ene kant zo ontzettend blij en dit kindje was net als de anderen meer dan gewenst. Toch voelde ik mij aan de andere kant ook doodsbang. Weer te vroeg bevallen, ik moest er niet aan denken. Wat als het nu weer te vroeg zou zijn!? Ik wilde het van mij afzetten en maakte een afspraak bij de gynaecoloog. Ik wilde dat ze mij in de gaten gingen houden en kijken waarom ik steeds te vroeg beviel. Toen ik contact had met de gynaecoloog, gaf zij aan het niet noodzakelijk te vinden om mij extra te controleren. Ik was weliswaar al twee keer te vroeg bevallen, maar nog niet voor de magische grens van 34 weken. Dus ze dachten niet dat dit nu wel zou gebeuren. Ik heb echt aangedrongen. Ik had zelf het idee dat vanaf 32 weken iets in mijn lijf veranderde wat zorgde voor de vroeggeboortes. En ik wilde dat ze hier naar gingen kijken. Zij gaven aan dat ze wel om de vier weken mijn baarmoedermond wilden opmeten. Ik was blij. Eindelijk werd ik in de gaten gehouden en kwamen we er hopelijk achter wat er in mijn lijf mis ging. Wat heb ik hier spijt van gekregen…

Buiten de gewone kwaaltjes verliep mijn zwangerschap goed. Met 17 weken had ik weer een controle echo van mijn baarmoedermond en ik ging er met goede moed heen. Na een uur wachten in de wachtruimte, kwam ik bij de echoscopiste die duidelijk haast had. Ik moest gaan liggen en ze ging de baarmoedermond opmeten. Ik kan dit moment nog letterlijk voor de geest halen. Haar vraag was: ‘Heb je weeën of harde buiken?’ Ik reageerde daarop dat dit niet het geval was en dat het ook niet kon omdat ik pas 17 weken was. Zij gaf aan dat mijn baarmoedermond nog maar 22 millimeter was en dat ik de verloskundige moest bellen. Ik ben huilend naar buiten gelopen en belde de verloskundige. Die schrok van wat ik aangaf en vroeg aan mij of ik niet daar moest blijven. Ik kon alleen maar huilen. Stiekem, want je wilt niet dat iedere zwangere vrouw je huilend uit de kamer ziet komen. Ik heb Koen gebeld en gezegd dat het niet goed was. Hij moest komen, want ik hoorde dat ik toch moest blijven. De gynaecoloog die dienst had, wilde zelf graag even meten. Na een uur wachten, heb ik in gedachte afscheid van ons kindje in de buik genomen. Ik wist pas twee dagen dat het een jongetje was. Ik voelde mij zo schuldig. Hier was ik al bang voor. Waarom kon ik niet blij zijn met twee gezonde kinderen en moest ik toch voor een derde gaan? De gynaecoloog kwam binnen, ging mijn baarmoedermond (bmm) meten en kwam op 40 millimeter uit. Dus helemaal niks aan de hand. Ik moest weer naar huis.

De hele nacht heb ik mij rot gevoeld. Wie had er nu gelijk? Wat als hij wel 22 millimeter was? Dan wil ik dat toch graag weten. Op mijn verzoek mocht ik weer naar het ziekenhuis komen en kwam ik bij een gynaecoloog die gespecialiseerd was in meten van bmm en vroeggeboortes. Zij kwam op 28 millimeter uit en wilde de dag erna een cerclage bij mij plaatsen. Ik vond het allang prima. Dichthouden die hap! De dag erna kwam ik bij haar en probeerde zij de cerclage om het uiteinde van mijn bbm te doen. Dit lukte niet. Ik schrok van haar reactie. Ze zei dat hij te kort of te lang was. Maar van het laatste ging ze niet uit. Ze wilde het toch nog even meten. Ik voelde zoveel angst. Ik ging dit kindje verliezen. Toen ze het nog een keer ging meten, kwam ze uit op 38 millimeter. Dit was voor haar een raadsel. Ze wist zeker dat ze het gisteren goed gemeten had…. Ik moest nu om de twee weken op controle komen en iedere keer kwam er weer iets anders uit. De ene keer veel te kort en de andere keer lekker lang. Het was hen allemaal een raadsel hoe dit kon. Want een bbm kan niet ineens 20 millimeter groeien. Mijn gevoel was vanaf week 17 verschrikkelijk. Ik was zo bang om dit mannetje te verliezen. Ik probeerde mijzelf op te peppen door te zeggen dat ik dit waarschijnlijk ook bij de twee meiden heb gehad, en die heb ik ook 35 en 36 weken in mij gehouden. Ik heb meermaals gezegd: “Hij komt niet voor de 34 weken. Echt niet.”

Ieder toiletbezoek was ik bang dat mijn vliezen braken, ieder krampje maakte mij gek. Ik had een kleine van één jaar en een kleine van twee jaar rondlopen. Ik durfde amper te tillen, te lopen of druk te zetten. Ik heb die hele periode met een masker rond gelopen. Niemand, behalve ikzelf, weet hoe rot ik mij gevoeld heb. In doodsangst heb ik geleefd. Ik leefde eerst naar week 24 toe. En toen dat eindelijk zo ver was, was ik helemaal bang dat hij geboren zou worden. Hij zou dan zo’n zwaar traject krijgen. Toen de 30 weken. Ook behaald. En tussendoor maar die echo’s die energie vraten en iedere keer iets anders zeiden. Dan weer te kort, dan lang genoeg. Ik draaide mentaal helemaal door. Bij 31 weken kreeg ik wederom te horen dat de bbm te kort was en de gynaecoloog gaf aan dat ze even wilde voelen. Ze voelde al wat verweking en ik had 1 centimeter ontsluiting. Maar ze ging er van uit dat ik dat waarschijnlijk al de hele zwangerschap zou hebben gehad. Dit kwam vaker voor bij vrouwen die pas bevallen waren. Ik heb haar gesmeekt om longrijpingsspuitjes. Dit wilde ze eerst niet doen, maar ik heb haar gezegd dat ik al 14 weken in angst leefde en meerdere malen per dag dacht dat ik ging bevallen en dus afscheid nam van ons kindje. Ze is uiteindelijk overstag gegaan. Ik zou de spuitjes krijgen en dan naar huis mogen. Ik had op dat moment geen last van harde buiken. Ze gaf zelf aan dat ze niet dacht dat ik ging bevallen, maar dat ze mijn angst wel snapte. Ik zei ook tegen haar dat die kleine echt niet voor de 34 weken zou komen, maar ja waar baseerde ik dat op? Dus ik kreeg mijn longrijping. Ik was zo opgelucht. De volgende dag kwam een vervangende gynaecoloog binnengewandeld die mijn bbm wilde opmeten. Ik heb haar gezegd dat ik dat liever niet meer wilde. Het maakte mij alleen maar gek en die spuitjes had ik toch al. Ze zei dat dat protocol was. Ook wilde ze kijken of ik ontsluiting had. Dit wilde ik ook niet. Laat mijn bbm maar met rust, die kleine meldt zich wanneer hij dat wil. Maar nee, ook dat was protocol. Ik heb haar echt duidelijk gemaakt dat ik dat niet wilde, maar ze bleef maar volhouden. Wat heb ik een spijt dat ik niet meer voor mijzelf opgekomen ben. Ze voelde ontsluiting (wat we al wisten) en ik moest per direct met een ambulance naar een academisch ziekenhuis. Daar lag ik, in de ambulance. Ik mocht eigenlijk die dag naar huis, naar mijn meiden toe, maar zij dacht daar anders over. Hier heb ik een week moeten liggen totdat ik 32 weken was en toen mocht ik weer naar huis.

Met 33+5 dagen zwangerschap, braken mijn vliezen. Ik ben toen snel naar het ziekenhuis gegaan en had verwacht dat ik die avond zou bevallen. Net zoals bij de andere twee. Dit was niet het geval. De dag erna kwam niks. En de dag daarna ook niet. Normaal wekken ze dan de bevalling op, maar dit doen ze niet onder de 37 weken. Dan is een infecte ‘minder’ erg dan een vroeggeboorte. Op zondagavond wilden ze mij met strikte voorwaarden naar huis laten gaan. Ik heb aangegeven dat ik dit niet wilde. Eerst zeggen ze dat ik ieder moment kan bevallen en nu zeggen ze dat ik misschien nog week 40 zou aantikken. Terwijl we beiden wisten dat dit niet reëel was. Ik was al twee keer te vroeg bevallen. Ik heb nogmaals mijn zorgen uitgesproken en gevraagd of ze mij alsjeblieft weeënopwekkers wilden geven. Ik wilde de baby eruit. Ik was zo bang om hem alsnog te verliezen. Ik duwde iedere 10 minuten op mijn buik voor een reactie. En de opmerking: ‘Wanneer je hem minder voelt dan normaal, moet je meteen naar het ziekenhuis komen’, maakte mij alleen maar doodsbang. Wat is minder dan normaal? Moet ik dat bepalen? Ik ben toch geen dokter. Uiteindelijk na lang zeuren mocht ik blijven. De ochtend erna, rond 05.10u, voelde ik een kramp. Ik werd aan de CTG gelegd en ze zagen dat de weeën langzaam op gang kwamen. Om 05.30u had ik de eerste pufwee. Wat was ik blij. Hij kwam eraan! Nog steeds te vroeg, 34+1, maar dit was te overzien. Ik weet niet wat er aan de hand was, maar het leek wel alsof ik aan één stuk door een wee had. Ik vond geen enkele houding fijn en mijn ervaring met bevallen van de vorige keren, hielpen niet mee. Ik snapte het niet en zag het streepje op de CTG behoorlijk lang boven bleven hangen. Doordat ik zo bewoog, ging het alarm af. De CTG kon zijn hartje niet vinden door alle bewegingen. Ik heb naar Koen geroepen dat hij NU iemand moest gaan halen, omdat ik volledig in paniek raakte. Ik weet nog dat ik dacht: “Een ruggenprik. Snel!” Ik heb mijn vorige twee bevallingen zonder een enkele verdoving gedaan en ik wist zeker dat ik dat nu wel wilde. Toen de verloskundigen binnenkwamen vonden zij het vooral belangrijk dat het hartje van de baby gevonden werd. Op dat moment raakte ik in mijn hoofd in paniek. Wat als ze het niet vinden? Ik kon echt niet in een wee naar de OK voor een spoedoperatie. En wat als hij na alle zorgen alsnog zou sterven in mijn buik? Dat zou ik niet overleven. Ik was zo bang. Ik wilde huilen van angst maar die pijn was niet te doen. Ondertussen was het 05.50u en wilde ze gaan voelen hoeveel ontsluiting ik had. Het duurde even voordat ik op het juiste bed lag en ze zeiden om 06.00u dat ik volledige ontsluiting had. Ze wilden dat ik mee ging persen op de weeën en om 06.15u, amper 45 minuten na de eerste wee, werd ons zoontje Jisse geboren. Een helse pijn. Als ik vanaf het begin had geweten dat het maar zo kort zou duren, zou ik blij geweest zijn. Maar de pijn was niet te harden. Ik had bij Feline rugweeën gehad. Die vond ik het pijnlijkst. Bij Flore en Jisse buikweeen. Die vielen enigszins mee. Maar wat ik nu voelde… Gelukkig ging toen alles goed met Jisse. Ook hij scoorde net als zijn zussen een APGAR van 9/10 . Een heerlijk mooi sterk mannetje die vanaf dag twee volledig aan de borst dronk. Ook bij hem heb ik mij zo schuldig gevoeld. Dit mannetje had nog zes weken in een veilige buik moeten zitten. En nu verwacht iedereen wat van hem. Verschrikkelijk vond ik het.

Toen Jisse twee dagen oud was, ging zijn alarm van de monitor af. Ik haatte dat geluid en was iedere keer bang dat ze iets zouden ontdekken. Nu was iedereen best relax en zeiden ze dat het wel eens voor komt dat de sensor niet goed zit. Ze zagen op de monitor dat Jisse een hartslag had van 270 en dit vonden ze niet matchen met hoe rustig hij erbij lag. Na het verschonen had hij nog steeds zo’n hoge hartslag en de kamer van Jisse vulde zich met steeds meer mensen. De kinderarts werd opgeroepen. Dit was een verschrikkelijk moment. Je wil zo graag wat doen, maar je kunt niks. Ik heb uiteindelijk voorgesteld om hem aan mijn borst te leggen. Dit vonden ze goed en zodra hij begon te drinken, zakte zijn hartslag. Deze is gelukkig niet meer zo hoog geweest als toen. Op het moment dat ik naar huis ging, kreeg ik nog wat advies mee van de kinderarts. Ik moest bij twijfel de hartslagen van Jisse tellen en bij wederom zo’n hoge hartslag, direct naar het ziekenhuis komen. Ik wist amper hoe ik mijn eigen hartslag kon tellen, laat staan die van zo’n klein baby’tje. Ze hebben mij daar echt bang gemaakt. Thuis heb ik niet vaak zijn hartslag geteld, maar de angst blijft. Ook nu nog. De laatste zwangerschap en bevalling hebben toch wel ingehakt op mij. Ik heb drie prachtige kinderen, maar ik vind het leven zo kwetsbaar. Vooral wanneer er kindjes sterven in mijn omgeving, is dat een trigger op mij zo rot te voelen, alsof het mijn eigen kind betreft. Na een gesprek met een psycholoog die mijn gevoel meer dan logisch vindt, huil ik af en toe om zielige verhalen. Ik heb mijzelf de hele zwangerschap sterk laten zijn. Vooral omdat ik bang was om toe te geven aan mijn gevoel. Ik zei steeds: “Niet huilen, anderen hebben het zwaarder. Hij zit nog in je buik, geen tranen om dingen die er nog niet zijn.” Ik heb uiteindelijk wel spijt dat ik mij de hele zwangerschap gek heb laten maken door de dokters. Ik had altijd het gevoel dat hij te vroeg zou komen, maar niet vanaf week 17.

En nu? Nu jank ik af en toe keihard. Kijk naar mijn kinderen en ben dankbaar dat ze gezond zijn. Huil jij weleens goed uit? Of krop je het meer op?

MICHELLE

Plaats een reactie