Mijn vliezen braken, maar ik zag dat het vruchtwater overwegend roze-rood was…

| ,

Ik voelde me al wat anders, maar schonk er eigenlijk weinig aandacht aan. Ik had nog een feestje in het verschiet waar de wijn rijkelijk zou vloeien. Ik had werkelijk nog geen idee. De woensdag na dat feestje borrelde er toch een vreemd gevoel in m’n buik. Ik had een beetje een weeïg gevoel. Oh nee, dit gevoel kende ik… Ik wist het zeker: ik was zwanger. Ik haalde vlug een test en eigenlijk stond er voor de wachttijd voorbij was al een tweede streepje. Hoe ging ik dit tegen mijn man zeggen?! We vonden één kindje prima. Zeker omdat ik Hypermesis Gravidarum (HG) had in mijn zwangerschappen. Ik was dan ook gewoon aan de pil. Hoe kon dit gebeuren?

Ik belde hem verschrikt op zijn werk. Hij was niet blij. Hij wist wat dit negen maanden lang ging betekenen. Negen maanden lang een zieke vrouw en een kind van zes jaar oud die rond loopt. Uiteindelijk, nadat we aan het idee gewend waren, waren we natuurlijk onwijs dankbaar dat ik dit kindje mocht dragen. Ik verloor de eerste 16 weken steeds bloed. En soms ook echt zo veel, dat ik dacht: “Nu is het mis”. Op die momenten hoopte ik soms dat het mis was, want wat was ik ziek. Ik was met acht weken al eens opgenomen geweest in het ziekenhuis met uitdroging. Wat was het moeilijk! Wat had ìk het moeilijk. Ik moest met alles geholpen worden. Ik kon mezelf niet eens douchen of aankleden. Laat staan voor ons zoontje zorgen. Gelukkig kon hij naar de opvang en kon mijn man veel regelen met zijn werk. De hele zwangerschap ben ik doodziek geweest. Het was heel zwaar, maar ik probeerde écht enorm te genieten van dat drukke meisje in mijn buik.

De maand januari beloofde er één met veel sneeuw te worden en dat kregen we ook. Hele wandelingen maakte ik met ons zoontje door de sneeuw. “De laatste maand dat ik ons zoontje nog de onverdeelde aandacht kan geven”, dacht ik op dat moment. Ik was immers 23 februari uitgerekend. Wel hadden ze besloten dat ik 8 februari ingeleid zou worden, omdat ik hele erge rugpijn had en het spugen weer onwijs toenam. Op dinsdag 29 januari ruimde ik ‘s avonds de tafel af en kreeg ik een steek in mijn buik. Ik zei nog tegen m’n man: “Ik ga even zitten, want dit voelt niet zo fijn”. Ik hield de hele avond wat pijn, maar dacht eigenlijk dat het m’n darmen waren. Achteraf gezien was dit een beetje naïef.

Op woensdag 30 januari had ons zoontje een studiedag. Zo rond 9 uur ging ik naar de wc en had ik bloed bij het afvegen. Ik voelde een hele rare tinteling door mijn lichaam gaan. Elke vezel in mijn lijf zei: “Dit is niet goed!” Ik was nog maar 36 weken zwanger en dit was dus écht te vroeg voor ons meisje. Ik appte mijn man en mijn moeder. Als ik een half uur erna nog bloed had, zou ik de gynaecoloog bellen. Een half uur later had ik nog steeds bloed. Aangezien mijn man de auto mee had naar het werk, vroeg ik mijn buurvrouw om mijn zoontje en mij naar het ziekenhuis te brengen. Mijn man stond ons daar al op te wachten. Ik werd vrij snel opgeroepen en naar de verloskamer gebracht. Ze gingen van alles onderzoeken. Ondertussen had ik al flinke harde buiken. Ik ging ze timen. Iedere vijf minuten kwamen ze en ze hielden net geen minuut aan. De CTG registreerde gek genoeg geen activiteit. De stagiaire zat een half uur aan mijn bed om te voelen wanneer de harde buiken kwamen. Ik werd uiteindelijk meegenomen voor een echo. Ik bloedde nog steeds en ze konden niet vinden waar het vandaan kwam. Wel voelden ze dat ik al 3 centimeter ontsluiting had. Ik mocht niet meer naar huis.

Van harde buiken gingen we al snel naar echte pijnlijke weeën. Ik ging volle bak aan de gang. Tijdens het toucheren braken m’n vliezen. Enorme grote stolsels bloed kwamen er mee en het vruchtwater was overwegend roze en rood. Ik keek de assistente van de gynaecoloog aan en zag dat dat niet goed was. Er was niet meteen paniek, dus ik ging door waar ik mee bezig was: weeën wegpuffen. Ondertussen stroomde de verloskamer vol met artsen en assistentes. Ik had werkelijk niets door! Het ging allemaal heel snel, veel te snel. Ik riep nog: “Ik kan het niet. Ik ben er nog niet klaar voor!” Om half 3 ‘s middags is ons meisje geboren. Ik heb haar kort even kunnen aanraken en zien. Ze was helemaal paars. M’n man heeft heel vlug de navelstreng door mogen knippen en toen werd ze meegenomen.

Na 1.5 uur mochten we naar onze dochter gaan. Ze bleek het heel moeilijk gehad te hebben. Ze had veel bloed binnen gekregen en ze hebben haar maagje moeten leegpompen. Ook kreeg zij zuurstof, omdat ze zelf te zwak was om te ademen. Daar lag ze dan, in de couveuse, ons kleine meisje. Wat was ze mooi. De borstvoeding kwam goed op gang, maar zij was te zwak om zelf te drinken. Ik kolfde alles af en dat kreeg ze dan.

Elke dag kwam de gynaecoloog bij me kijken hoe het ging. Na twee dagen vroeg ik waar al dat bloed toch vandaan was gekomen. Uiteindelijk bleek dat de placenta, gelukkig heel langzaam, aan het loslaten was. Op dat moment besefte ik zo erg dat dit hele verhaal heel anders had kunnen aflopen. Wat zijn we dankbaar! Inmiddels is onze dochter een grote gezonde vrolijke meid van 14 maanden oud. En wat genieten wij van haar!

BIANCA

Plaats een reactie