Alles liep anders dan mijn geboorteplan

| ,

Lees eerst deel 1: Vanwege stuitligging kreeg ik een versie, het voelde alsof al mijn ribben braken

Weeënopwekkers

Ik sliep kort, heel kort. Eindelijk rond 8.00 uur kwam de gynaecoloog mij weer toucheren. Net aan drie centimeter ontsluiting. Met een soort breinaald wilde ze mijn vliezen doorprikken. Het duurde lang voordat ze een geschikte plek had gevonden. Eindelijk, na een kwartier rommelen vond ze een geschikt plekje en maakte ze een gaatje. Ik verloor nauwelijks vocht, maar bloedde wel. Niet zo gek met al dat gegraaf. Daarna werd er een infuus geprikt. Ik had van tevoren aangegeven dat ik een trauma van infusen had en er vreselijk tegenop zag. Gelukkig was het nu bij de tweede keer raak en vrijwel pijnloos. De weeënopwekkers werden gestart en het wachten kon beginnen. Toen de kamer weer leeg was, kreeg ik al snel een gevoel in mijn buik, alsof ik elk moment ongesteld kon gaan worden. Op het scherm was te zien dat ik regelmatige weeën had. Ik voelde er alleen niets van. 

Uren gingen voorbij

We speelden wat spelletjes. De weeën bleven regelmatig en ik bleef een zeurend gevoel houden in mijn buik, maar dat was het eigenlijk wel. Elk halfuur kwam er een verpleegkundige kijken hoe het ging en elk half uur werden de weeënopwekkers een standje hoger gezet. Rond 10.00 uur ‘s ochtends vertelde ze dat als de gynaecoloog tijd had, zij mijn ontsluiting zou komen checken rond 11.00 uur. Ik was heel benieuwd, want voor mijn gevoel schoot het niets op. 

Waren mijn vliezen wel gebroken?

Pas rond kwart voor één kwam de gynaecoloog. Ze toucheerde mij weer en zei dat ik nog steeds drie centimeter ontsluiting had. Het leek alsof mijn vliezen nog niet (helemaal) doorgebroken waren. De gynaecoloog brak mijn vliezen alsnog volledig. Ik voelde nu een warme stroom water naar buiten gaan. We waren erg teleurgesteld dat we geen centimeter waren opgeschoten. Binnen een half uur stond er weer een verpleegster in onze kamer. Ze moest de weeënopwekkers stop zetten, want ik kreeg nu ineens heel snel weeën achter elkaar. Dit kon zorgen voor te veel stress voor Blub. Ik voelde nog steeds geen pijn. Ik hoopte dat mijn weeën nu vanzelf op gang zouden komen. Intussen probeerde ik even wat te slapen. Ik was ontzettend moe en dommelde wat, maar echt slapen lukte absoluut niet. Tussendoor waren de weeënopwekkers weer langzaam opgestart. We speelden weer spelletjes en kletsten wat met de verpleging. Er kwam steeds verpleging binnen om te kijken hoe het ging en elk halfuur werden de weeënopwekkers weer een standje hoger gezet. Ik voelde alleen nog steeds niets. 

Al 24 uur bezig

Ergens midden op de middag werd ik weer getoucheerd, nog steeds zat ik op drie centimeter. Rond half vijf werd ik weer getoucheerd en was ik eindelijk een centimeter verder. Officieel was ik al 24 uur bezig met pas vier centimeter ontsluiting. Om 17.30 uur zat ik al op vijf centimeter, zonder dat ik er wat van gevoeld had. Rond zes uur zei ik tegen mijn man dat ik er klaar mee was en een keizersnede wilde. De weeënopwekkers stonden ondertussen twee keer zo hoog als tussen de middag, en er gebeurde nog steeds weinig. Het schoot maar niet op. Ik was zo moe. Mijn man probeerde op mij te overtuigen om nog even te wachten, toen ik ineens een flinke pijnscheut voelde. Ik had een wee. Een echte serieuze wee, de eerste. 

De pijn was niet te doen

De weeën kwamen al snel regelmatig achter elkaar. Het eerste kwartier kon ik ze nog redelijk wegpuffen. Na dat kwartier kwamen ze zo snel achter elkaar, dat ik niet meer wist hoe ik ze op moest vangen. Ik raakte in paniek en begon te huilen van de stress, pijn en vermoeidheid. Een verpleegkundige deed mij voor hoe ik moest puffen. Ik nam het over en wanneer ik de cadans kwijt was, hielp mijn man mij weer op de been door het voor te doen. Ik was ondertussen gaan staan en moest moeite doen om het puffen vol te houden. Toen het mij redelijk lukte de weeën op te vangen, gingen de verpleegkundigen weer weg. Ik was van nul naar maximale pijn gegaan, in één keer. De pijn was niet te doen. Terwijl ik stond, probeerde ik op het bed steunend een beetje heen en weer te wiegen. 

Groen vruchtwater

Het vruchtwater begon weer te lekken en toen ik op de grond keek was het groen. “Oh nee, Blub heeft in het vruchtwater gepoept”. Ik raakte in paniek. We drukten snel op de bel. De verpleegkundige kwam weer binnen en ik zei dat het vruchtwater groen was. Ze zei dat baby’s in stuit dit bijna altijd doen. Er was nog geen reden voor paniek. Toen ik de pijn echt niet meer aan kon, smeekte ik om een ruggenprik. 

De ruggenprik werkte maar aan één kant

Om 19:30 uur kwam de anesthesist de ruggenprik zetten. Ik mocht liggen en wachten tot de verdoving begon te werken. Ik voelde kou door mijn rug naar mijn benen gaan en voelde dat aan één kant de verdoving begon te werken. Aan die kant voelde ik de weeën nauwelijks, maar aan de andere kant kwamen de weeën nog steeds even heftig. Ik moest op de zij gaan liggen waar ik nog niet verdoofd was, om te kijken of de verdoving daarheen zakte. Na een tijdje voelde ik dat het daar ook langzaam verdoofde. De anesthesist gaf me nog wat extra epidurale. Niet veel later kwamen de weeën er weer net zo heftig doorheen als zonder de ruggenprik. Het enige verschil was dat ik wat meer rust had tussen de weeën, maar de pijn van de weeën was niet afgezwakt. Omdat de weeën zo heftig bleven, heeft de anesthesist mij nóg wat extra verdoving gegeven. Daardoor voelde ik uiteindelijk niets meer en kon ik echt tot rust komen. 

Een natuurlijke bevalling leek te gaan lukken

Om 21:00 uur toucheerde de gynaecoloog mij weer en ik bleek ineens al negen centimeter ontsluiting te hebben. Ze zei dat ik nu moest wachten op de tien centimeter. Ze zouden over ongeveer een uur terug komen. Nu ik bijna de tien centimeter had bereikt, hadden we goede hoop dat het toch op de natuurlijke manier zou lukken. Af en toe voelde ik beneden wat druk. Ik had het idee dat de ruggenprik uitgewerkt was, waardoor de weeën er weer doorheen kwamen. Maar dat gebeurde gelukkig niet. Toen er ruim een uur voorbij was, toucheerde de verloskundige mij weer: tien centimeter. Ze zei dat als ik wat voelde drukken, ik dan rustig mee mocht gaan duwen. Ze had nog een patiënt waar ze heen moest, dus als het zover was moest ik op de bel drukken. “Zou het drukgevoel dat ik net had gehad persweeën zijn geweest dan?”, dacht ik.

De hartslag was gevaarlijk hoog

De verloskundige liep weg. Ik wachtte op een drukgevoel. Maar dat kwam niet. Ondertussen viel mij op dat de hartslag van Blub heel hoog was. Na ongeveer tien minuten kwam de verloskundige weer en vroeg of ik al wat voelde. Ik zei van niet. De verloskundige voelde en zei dat Blub nog erg hoog in mijn geboortekanaal zat, daardoor kreeg ik waarschijnlijk nog geen persweeën. Ik moest drie keer persen om te kijken of ze lager kwam te liggen. De verloskundige liep de kamer weer uit en ineens stond de hele kamer vol met mensen. De gynaecoloog gaf aan dat de hartslag van Blub gevaarlijk hoog was (180/185 slagen per minuut) en dat ze haar wilden gaan halen. Ze was steeds meer aan het inleveren. Ze lag nog veel te hoog in mijn geboortekanaal, waardoor ik niet kon gaan persen. “Shit toch een keizersnede. Waarom… Ik was al zo ver”, dacht ik. 

Direct een keizersnede

Het bleek dat ze langer hadden gewacht dan normaal, omdat ik ineens zoveel ontsluiting had gekregen. Ze hadden blijkbaar rond 18:00 uur overleg gehad of ze Blub zouden halen of niet, maar toen ik ineens weeën en ontsluiting kreeg hebben ze het toch afgewacht. We stemden in met een keizersnede. Mijn man belde snel onze ouders. Ondertussen werd ik losgekoppeld en binnen no time reden ze mij midden in de nacht naar de OK. We moesten in de lift naar boven. Ik schrok me rot van hoe ik eruitzag. Helemaal bleek en dikke wallen. 

Ons kleine meisje

In de OK werd ik verplaatst van mijn bed naar de operatietafel. Ik was ineens kotsmisselijk. Zodra ze het spuugbakje voor mij hielden, spuugde ik alles eruit. Het meeste belandde toch op de grond. Degene die bij mijn buik stond zei dat ze wat voorbereidingen gingen treffen. Het doek werd omhoog getrokken. Ik voelde wel dat ze met mij bezig waren, maar niet wat ze aan het doen waren. Kort daarna riep iemand ineens dat ze er was. We hoorden gehuil en het raampje werd geopend. Daar was ons kleine meisje, geboren op 12 augustus om 00:53 uur, 33 uur na de inleiding. Ze huilde flink. Wat was ze mooi. 

We werden gescheiden

Ik wilde haar zo graag vasthouden. Helaas mocht dit nog niet. Mijn man liep met haar mee om de navelstreng door te knippen. Daar werd ze ook schoongemaakt en warm ingepakt. Daarna werd ze op mijn borst gelegd. Toen ze vroegen naar haar naam zeiden we “Benthe” in koor. Ze mocht maar een paar minuten bij mij liggen en ging even daarna naar beneden met mijn man. Ik werd verder dichtgemaakt. Mijn man zou samen met Benthe weer naar mij toe komen zodra ik op de verkoeverkamer was. 

Mijn dochter kwam maar niet

Toen ze eindelijk klaar waren, werd ik naar de verkoeverkamer gereden. Het was midden in de nacht en ik was de enige die daar lag. Ik dommelde soms wat weg, want ik was gesloopt van alles wat er gebeurd was. Toen ik zo’n half uur op de verkoeverkamer lag, belde degene die bij mij was naar beneden dat ik gehaald kon worden. Ik wilde zo graag naar beneden en mijn dochtertje zien. “Waarom zijn ze hier nou nog steeds niet?! Hij zou toch naar boven komen met Benthe?”, dacht ik wanhopig. Ik voelde me zielsalleen. Na driekwartier op de verkoeverkamer, was ik nog steeds niet opgehaald. De verpleegster belde nog een keer naar beneden. 

Het ging niet goed met Benthe

Toen ik daar al een uur lag, kwamen ze mij eindelijk ophalen. Ik had gewoon het eerste uur, het gouden uur, gemist. Terwijl ik daar zo naar had uitgekeken. Mijn man zat met Benthe op zijn blote borst bij mij op de kamer. Uiteindelijk werd Benthe bij mij gelegd. Het bleek dat de glucosewaarden van Benthe niet goed waren. Ze was dysmatuur geboren: te klein en te licht voor haar leeftijd. Daardoor kon ze haar eigen suikers niet op peil houden. Ondanks de suikershotjes die ze kreeg, gingen haar waardes niet omhoog. Uiteindelijk werd besloten haar straks aan het infuus te leggen op de couveuseafdeling. Ze heeft uiteindelijke drie uur naast mij geslapen voor ze verplaatst werd naar de couveuseafdeling. Ik was gebroken en moest huilen toen ze haar meenamen, de zoveelste domper. 

Naar huis

Rond een uur of acht werd ik met bed en al naar de couveuseafdeling gebracht, zodat ik erbij kon zijn als het infuus aangelegd werd. Wat was dit een vreselijk gezicht. Na twee gesneuvelde infusen in twee dagen, bleek Benthe haar suikerspiegel zelf op peil te kunnen houden. En na nóg 24 uur mochten we op zondagmiddag naar huis. Toen kon het genieten eindelijk beginnen. En wat mochten we genieten met ons vrolijke meisje. 

MAUREEN

Plaats een reactie