Jacky: “Mijn zoon wil niet sporten, hij zit het liefste thuis”

| ,

Het begon al toen Jesse een jaar of 3 a 4 was

We zagen een advertentie voor peutergym bij ons in het dorp. Dat leek ons erg leuk voor Jesse. Hij was niet erg enthousiast. “Dat komt nog wel”, dacht ik. De eerste les viel tegen. Jesse wilde er nauwelijks over praten en direct naar huis. De keer erop ging hij met tegenzin. “Even wennen en even volhouden”, zei ik, “Straks vind je het heel leuk. Wacht maar af”. Maar dat gebeurde niet. Na de vijfde les heb ik Jesse van peutergym gehaald.

Hierna probeerden we judo

Jesse was gek van stoeien met zijn vader. “Dit gaat hij zeker leuk vinden”, zeiden mijn man en ik tegen elkaar. Maar ook dit vond hij niets. Als we vroegen naar de reden, zei hij: “Gewoon, ik wil niet meer”. Dus ook van judo ging hij na vier lessen af. Ik liet het er even bij. Geen clubjes of sport voor Jesse. Ik werd er helemaal chagrijnig van.

Toen Jesse 5 werd moest hij van mij op zwemles

Want ja, alle kinderen moeten kunnen zwemmen in Nederland (waterland). Het was voor zijn eigen veiligheid. Logisch. Ook dit vond hij niet leuk. We hebben hem helemaal moeten motiveren met stickerkaarten en een cadeau in het vooruitzicht bij het afzwemmen. Man, man, man, wat was het iedere week een strijd. Alle ouders keken ons aan. Ook voor mij was het niet leuk meer. Toen Jesse eindelijk zijn A-diploma had gehaald, zette ik hem nergens meer op. Soms opperde ik nog wel eens een idee: dansles, atletiek en voetbal. Jesse veegde het allemaal structureel van tafel.

Ik besprak met Jesse het belang van sport

Hij begreep dat het gezond was. Desondanks wilde hij pertinent nergens op. Dit hield hij vol. Jesse is u inmiddels 8 jaar en wil alleen maar thuis zitten. Het liefste zit hij op de bank met speelgoed, of een boekje. Af en toe speelt hij buiten, maar ik wil zo graag dat hij op een sport gaat en dat een tijd volhoudt. Niet alleen omdat bewegen goed is, maar ook omdat hij dan leert dat hij ergens goed in kan worden. Ik wil dat hij leert omgaan met trainen, wedstrijden en competitie. Ik heb het gevoel dat hij zoveel mist. Jesses vader is er klaar mee. “Zolang het niet uit Jesses mond komt, zetten we hem nergens op en brengen we hem nergens heen”, zegt hij steevast. Ik heb het gevoel dat we schaakmat staan. Jesse heeft en houdt nu zijn zin.

Als ik hem zo onderuitgezakt op de bank zie, krijg ik buikpijn

Ik vraag me telkens af: “Waarom is Jesse niet te motiveren?”. Op school gaat het goed. We hebben absoluut niets te klagen. Maar onze zoon komt buiten school nauwelijks tot beweging. Het baart me soms zorgen. Ik weet niet zo goed hoe ik hier verandering in krijg, zonder er wéér een strijd van te moeten maken. Niemand zit daar op te wachten….

JACKY

Plaats een reactie