De vakantiestress van Pauline Wingelaar

| ,

Terwijl ik deze blog nu zit te schrijven, moet ik eigenlijk mijn koffers pakken voor onze vakantie. Ik stel dit graag tot het aller-, allerlaatste moment uit. Ik haat koffers inpakken en weet nooit waar ik moet beginnen. Dat wist ik vroeger voor mij alleen al niet, laat staan inpakken voor mijn man, twee zoontjes én mijzelf. Ik weet dat ik dankbaar moet zijn dat we überhaupt op vakantie kunnen, maar op vakantie gaan met een gezin brengt ook veel stress met zich mee. Althans hier in huize B.v.T. wel en als ik het zo om mij heen hoor ook bij veel andere mensen. Kortom: in plaats van inpakken schrijf ik nu veel liever mijn blog voor Kids & Kurken. Hebben jullie even geluk! 😉

Laat ik mij eerst eens even voorstellen: ik ben Pauline Wingelaar en getrouwd met Harmen Bisschop van Tuinen. Samen hebben wij twee zoontjes: Reinier (4 jaar) en Diederik (2 jaar). Elf jaar geleden zat ik in de realityserie Echte Gooische Meisjes (RTL 5). Daarna heb ik nog veel andere, leuke (online) programma’s mogen maken, ben ik afgestudeerd (Media, Informatie en Communicatie aan de Hogeschool van Amsterdam), ben ik co-host van de Gooische Bingo Show geweest (een spelshow die door heel het land trok), ben ik van Amsterdam terug naar ’t Gooi (Naarden-Vesting) verhuisd, ben ik getrouwd en heb ik dus, last but not least, twee zoons gekregen. Op dit moment heb ik het geluk dat ik in het dagelijks leven vooral een “thuis-blijf-moeder” mag zijn, al krijg ik het als zelfstandig ondernemer steeds drukker. Soms zijn deze twee dingen best lastig te combineren. Lang leve de oppas-oma’s! Mijn moedertje past vaak en graag op, zo fijn. Als zelfstandig ondernemer maak ik content voor mijn Instagrampagina, vlogs voor het moederplatform MommyProof.tv en heb ik het laatste jaar (online) televisieprogramma’s voor onder andere LINDA.tv mogen maken. En nu mag ik dus ook eens in de zoveel tijd een blog schrijven voor Kids & Kurken.

Enfin, we waren bij het uitstellen van de koffers pakken. Ik ben zo’n type dat het liefste alles meeneemt op vakantie. Van mijn eigen mayonaise tot aan het speelgoed van de kinderen en al mijn tijdschriften die ik nog niet heb uitgelezen in verband met tijdgebrek. En dan heb ik het nog niet eens over mijn kleding en toiletspullen. Ik denk na elke vakantie: “De volgende keer neem ik veel minder mee, want uiteindelijk loop je alleen maar in een bikini en op slippers.”, maar elke keer raak ik in een blinde paniek als ik weer moet pakken voor een vakantie. Nee, ik ben niet zo’n globetrotter.

Op mijn laptop staat een Word-document met mijn paklijst voor de vakanties. Deze pas ik voordat ik het print altijd even aan (de kindjes worden immers ouder). Op deze paklijst staat alles als volgt netjes opgesomd met bullets*:

·       Toilettassen Reinier & Diederik;

·       EHBO-spullen;

·       Kleding Diederik;

·       Kleding Reinier;

·       Overig Reinier & Diederik;

o   Slaapknuffels

o   Speelgoed;

o   Babyfoon;

o   Nachtlampjes;

o   Etc.

·       Eten & Drinken Rein en Died;

·       Toilettassen Harmen en Pauline;

·       Kleding Harmen;

·       Kleding Pauline;

·       Overig Harmen en Pauline;

o   Paspoorten

o   Boeken/tijdschriften;

o   Opladers;

o   Muziekbox;

o   Etc.

·       Eten en Drinken voor onderweg.

*Uiteraard heb ik een uitgebreidere versie, maar die bespaar ik jullie!

Ondanks mijn netjes uitgewerkte paklijst, waar ik bijna een studie van heb gemaakt, heb ik stress. Ik wil in mijn huis ALLES opgeruimd, schoongemaakt, gewassen en gestreken hebben. Net als mijn werk: ik wil het liefste op vakantie gaan met een to-do-lijstje waarbij alles netjes afgestreept is. Dat laatste is helaas vaak niet het geval: mijn laptop met mails en administratie gaat ook altijd netjes met mij mee. Alsof we maanden wegblijven.

Goed: ik heb nu een paklijst, ons huis is aan kant, de wassen zijn gedaan, mijn werk is bijna af, dus dan moet ik er toch echt aan geloven, want ook hier geldt: uitstel is geen afstel. Die koffers moeten toch echt ingepakt worden, anders “kenne we nie weg”! We komen nu op een volgend punt waar ik vakantiestress van krijg: de tijd! Ik heb altijd al een struggle met de tijd, maar als ik op vakantie ga dus helemaal. Het inpakken van de koffers heb ik dusdanig uitgesteld dat ik zo hard tegen de klok in moet gaan werken, dat ik al een burn-out krijg als ik erover nadenk. Ik moet dan als een malle inpakken en NIEMAND mag mij dan storen. Doe je dat wel, kan je een grauw en een snauw van mij krijgen. Ja, op vakantie gaan met Pauline is geen pretje. Ik heb stiekem best met mijn man Harmen, mijn kinderen en zelfs met mijn moeder te doen. Uiteindelijk vertrekken we dus altijd gehaast, met ruzie (door mij!) en veel later dan gepland… Als je denkt dat de vakantiestress hier stopt, heb je het mis. Wij gaan meestal naar Italië toe, naar een heerlijk huis in Toscane, vlakbij de kust. Met de auto. Rijden doen wij sinds we kindjes hebben ’s nachts: dan is het koel en staan er geen files. Maar het allerbelangrijkste: we hebben slapende (en dus geen zeurende!) kinderen. Toen Rein en Died nog baby waren, had ik daar een speciale reiswieg voor. Een autostoel in de vorm van een wieg, echt een aanrader voor ouders die met een baby en de auto willen reizen. ’s Nachts rijden vindt Harmen geen probleem, ik heb lenzen (-4.75) én ben nachtblind. Kortom: ’s nachts rijden is voor mij geen pleziertje. Daarbij ben ik een ochtendmens en geen avondmens. ’s Ochtends sta ik meteen ‘aan’, ’s avonds daarentegen is mijn batterij vaak leeg. Ik ben nogal druk van mijzelf, dus heb een goede nacht nodig om die batterij weer op te laden… beetje lastig als je een nachtrit maakt dus. Regelmatig zit ik dan in de auto naast Harmen met ‘klotsende oksels’: “Harmen ben je nog niet moe, ik zie je gapen?” of “Harmen niet te hard rijden en niet te dicht op je voorganger zitten!” Harmen hoopt dan altijd dat ik ga slapen, maar ik rijd dan altijd met hem mee vanaf de passagiersstoel. Tot daar het moment is dat Harmen zegt (meestal als het alweer licht begint te worden): “Pauline, wil jij alsjeblieft eventjes rijden?” Nee hè, k*t! Ik ben dan zelf vaak hartstikke moe en moet dan even gaan rijden zodat meneer even zijn ogen kan sluiten. En waar ik als bijrijder om de haverklap blikjes cola en worstjes of snoepjes moet aanreiken en moet assisteren bij het betalen van de tol, gaat Harmen naast mij zitten en ligt binnen één minuut te slapen. Ik wil hem dan graag trots maken door een heel eind op weg te zijn als hij wakker wordt. Niets is minder waar: na welgeteld 45 minuten zit ik al te knikkebollen achter het stuur, dus moet ik Harmen weer wakker maken en hem vertellen dat ik niet verder kan rijden. Harmen neemt het stuur dan weer over en ik zit dan met geknepen billen naast hem, omdat ik bang ben dat hij ook te moe is. Hij verzekert mij dat dit niet het geval is, omdat hij zijn gezin nooit in gevaar zal brengen. Daar vertrouw ik dan maar op. Eenmaal aangekomen op de plaats van bestemming is mijn vakantiestress nog steeds niet verdwenen: de koffers moeten uitgepakt worden en de spullen moeten bijna dwangmatig opgeruimd worden. Alles krijgt netjes een plekje. Net als thuis. De terugreis gaat zo ongeveer hetzelfde. Dit betekent dat als ik thuiskom, ik bij wijze van spreken nog meer aan vakantie toe ben dan daarvoor. Ik overdrijf: als we eenmaal in Italië zijn en alles is netjes uitgepakt, is het één groot feest (op die ene keer na, dat ik plotseling beviel van Diederik in het ziekenhuis in Lucca – over vakantiestress gesproken – misschien dat ik daar ook nog wel een keer een blog aan wijd). Dan kan het genieten beginnen en willen we eigenlijk nooit meer naar huis.

Goed, nu moet ik er echt aan gaan geloven: ik ga onze koffers pakken… Tot de volgende keer, ik ga deze vakantie heerlijk ontspannen vieren! 😉

Liefs,

PAULINE, de globetrotter (klik hier voor haar Instagram)

1 gedachte over “De vakantiestress van Pauline Wingelaar”

Plaats een reactie