Meike geeft antwoord op de veelgestelde vraag of ze wel klaar is voor een volgende zwangerschap

| ,

Meike is een vaste blogster bij Kids en Kurken. Ze schrijft hier over haar overleden dochter Nola en haar huidige regenboogzwangerschap.

Zou de angst minder zijn geweest als we langer hadden gewacht?

Ik snap het, zeker na mijn vorige blog over het gevoel en de angst om weer zwanger te zijn en straks weer dat vliegtuig in te moeten stappen. Het is dus ook helemaal geen gekke gedachte. Zelfs van lotgenoten, die twijfelen of ze wel weer durven te beginnen, krijg ik soms deze vraag. Ik kan wederom alleen maar voor mijzelf spreken, maar ik geloof zelf wel in de vergelijking wanneer je van een paard valt, je er zo snel mogelijk weer moet opstappen. Nu ben ik geen écht paardenmeisje, maar heb ik vroeger nog wel eens op een paar blauwe maandagen paardgereden.


Nadat Nola was overleden (sterker nog, zodra ze was geboren en het er niet goed uitzag) was ik al bezig met een volgende zwangerschap en een volgend kind wanneer Nola het niet zou overleven. Een hartstikke normale gedachte. In de eerste weken kreeg ik nog wel eens de vraag: ‘Maar zou je dat wel zo snel weer willen dan?’ Ik had in een andere positie ook mijn wenkbrauwen gefronst als ik iemand had gehoord die, direct na het overlijden van haar kind, al nadacht over een volgende zwangerschap. Want moet je niet eerst de tijd nemen om te rouwen en moet het verdriet niet zijn gezakt? Of om in rouw onwetendheid te blijven: ‘Moet je het niet eerst hebben verwerkt?’

Een heftige verrassing

Wij mochten zelf “officieel” vanaf januari weer gaan proberen. Dan zat ons half jaar wachten na de keizersnede erop. Het minimum wat werd geadviseerd te wachten. De maand januari was dan ook mijn stip op de horizon. Tot die tijd stond mijn leven helemaal stil, want samen met het overschaduwende verdriet om Nola was er niet veel om voor te leven. Natuurlijk was ik bezig met hoe het zou gaan zijn als ik weer zwanger zou worden. De angst om een miskraam, hoe het zou zijn gecombineerd met rouw en verdriet en hoe het zou zijn om dat als extra belasting te hebben naast de pogingen om mijn leven weer op te pakken. 
Nog voor ik er écht goed over had nagedacht waren wij “plots” een maand eerder zwanger. Natuurlijk weet ik dat zwanger worden niet uit de lucht komt vallen en wist ik dát de kans aanwezig was, maar ik bedoel: “Come on… We zijn al drie jaar bezig, dan word je heus niet zomaar ineens zwanger”.

Een knobbeltje in mijn borst

Op 23 december ontdekte ik een knobbeltje in mijn borst. Op 24 december kon ik even langs de huisarts, welke mij direct doorverwees naar de afdeling radiologie om een mammografie te laten maken. Dus op Kerstavond zat ik wéér gezellig in het ziekenhuis. Bij de receptie hing een bordje: Meld het als u zwanger bent óf zwanger denkt te kunnen zijn. Bijna beschaamd zeg ik tegen de vrouw: ‘Ik kom voor een mammografie, maar het zoú kunnen dat ik zwanger ben. Ik denk het niet hoor maar het zoú kunnen.’ Voor de zekerheid word ik ingepland voor een echo van mijn borst. Want een mammografie produceert straling en dat kan dan weer leiden tot allerlei afwijkingen bij een ongeboren kind. Ik lig in de donkere kamer en de radiologe komt binnen: ‘Zooo, en je bent zwanger! Gefeliciteerd!’ Daar gaan we al, huilend lig ik op het bed: ‘Nou nee, mijn dochter is geboren in dit ziekenhuis, maar 2,5 week later overleden en nu heb ik een knobbeltje in mijn borst en het zoú kunnen dat ik zwanger ben, maar ik denk het niet hoor’. Het knobbeltje blijkt een onschuldige cyste te zijn. Onder het mom: “Dat had er ook nog wel bij gekund”.

Mijn familie is opgelucht. Ik voel me schuldig over hoe nonchalant ik eigenlijk het knobbeltjesnieuws heb gedeeld. Onbewust omdat mijn eigen gezondheid er gewoon geen snars meer toe doet. Het enige waar ik me in de periode van 23 op 24 december op heb ingelezen is: Borstkanker en zwanger worden, Hoelang wachten met zwanger worden na bestraling en dingen als: Invriezen eitjes bij kanker.

Ik let weer op mezelf

Drie dagen later had ik een positieve test in handen. Het gevoel van blijdschap enkel in de verte aanwezig. Vooral ongeloof voerde de boventoon gevolgd door onzekerheid en hoop. Het begin van tellen: Wanneer ben ik dan uitgerekend, welke mijlpalen hoop ik dit jaar mee te maken en hoeveel weken ben ik dan zwanger? Gecombineerd met verdriet waaraan niets wordt gewijzigd. Met de jaarwisseling was ik zwanger, maar het veranderde er niets aan dat ik om middernacht huilend in bed filmpjes van Nola lag te kijken. Het maakt het verdriet niet minder, soms minder en soms meer gecompliceerd. Wel maakt het andere zwangerschappen en vriendinnen met kinderen voor mij wat makkelijker. Het gevoel om weer een klein beetje mee te gaan doen, weer een voet in de normale wereld te zetten. Aan de andere kant als een soort puzzelstukje wat op zijn plek valt om weer op te letten op mijn eten en geen wijn meer te drinken. Negen maanden lang strikt letten op wat je eet zonder uitkomst van een kind snijdt gewoon geen hout. Ineens deed ikzelf er weer toe, het weer letten op mijzelf omdat er een kindje groeit. 

Er zit een stemmetje in mijn hoofd

De eerste weken, en nu nog steeds, is er een constant stemmetje in mijn hoofd. Niet alleen in die van mij, maar ook bij die van lotgenootjes. Een stemmetje wat misschien lijkt op die van Repelsteeltje: ‘Niemand weet, niemand weet, dat ik Repelsteeltje heet…’ Op de één of andere manier had ik vanaf dag 1 sterk het gevoel dat dit kind zou gaan leven. Wellicht was het gewoon mijn blinde hoop, het idee dat het nu goed moést gaan. Met direct erna dat stemmetje: ‘Ja, dat denk jij nu, maar het hartje is vást nu al gestopt.’ Na elke echo heel even de opluchting om de deur uit te stappen en weer dat stemmetje te horen: ‘Misschien is het nu al wel gestopt’. Nu ik ons meisje begin te voelen bewegen is er wat meer rust, elke dag wel even een bevestiging dat ze er nog is. Dus als antwoord op de immer gestelde vraag: Ja, wij worden goed in de gaten gehouden, maar eigenlijk zijn alle echo’s die ik zou willen enkel voor mijn eigen gemoedsrust. Vanaf 24 weken krijgen wij elke 4 weken een groeiecho. Echter, een slecht functionerende placenta is enkel te herleiden aan een groeiachterstand bij het kind. In het geval van Nola was er dus ook nooit iets uitgekomen qua bijzonderheden op echo’s als wij elke 4 weken deze echo hadden gehad. Nola zat altijd op de bovenlijn van de groeicurve. Dus nee, feitelijk is er niets waardoor ze nu kunnen “controleren” dat er niet hetzelfde gebeurt als bij Nola. Sterker nog, het is nog steeds gissen wat er is gebeurd. Daarbij, ik kan elke dag een echo laten maken, maar vervolgens de deur uitlopen en 5 minuten later kan het alsnog misgaan. 

Volgens de gynaecoloog was ik er klaar voor

PS: bij 5 weken zwangerschap zaten wij bij de gynaecoloog. Niet voor deze zwangerschap, maar omdat ons eerste gesprek met haar niet zo positief was verlopen en we in de herkansing gingen. Toen ik tijdens dit gesprek bijna beschaamd aangaf dat ik zwanger was (ik voelde me net iemand uit 16 and pregnant die moest vertellen dat ze zwanger was en zogenaamd geen idéé had hoe het had kunnen gebeuren…) was haar reactie resoluut: ‘Nou, dan zul je wel goed genoeg in je vel zitten, want je lichaam wordt niet zwanger als het er niet klaar voor is’. Daarmee was de kous af, nooit is er meer gesproken over het feit dat ik nog geen 4,5 maand na de geboorte van Nola en de keizersnede weer zwanger ben geworden. Sterker nog, zelfs normaal proberen te bevallen is gewoon onderwerp van gesprek (Dit is overigens geen promo praatje voor vrouwen om na een keizersnede maar zo snel mogelijk zwanger te worden).

Was ik ècht klaar voor een nieuwe zwangerschap?

Weer even terug naar het onderwerp. Was het beter geweest om langer te wachten? Nog voordat ik mijn cap op mijn hoofd had en mijn zweep in de hand, had ik al een voetje gekregen en was ik al op het paard gezet. Weinig tijd om écht na te denken hoe het zou zijn als ik weer zwanger zou zijn. Maar wat als dat paard maar niet komt? Wat als je braaf, met je gepoetste laarzen en cap op je hoofd, staat te wachten en er geen paard voor jou langskomt? Elke maand opnieuw moet wachten tot je de volgende ronde in kan gaan. Elke maand de tijd hebt om na te denken over hoe spannend het wel niet gaat zijn. Elke maand dat je ongeduldig staat te wachten en je zelfs lotgenootjes op het paard ziet stappen en uit het zicht ziet draven. Dat je ineens alleen achterblijft omdat zelfs je lotgenoten, je maten en steun en toeverlaat, weer koers zetten richting de normale wereld. Elke maand weer opnieuw telt wanneer je dán een levende baby in je armen kan hebben. Of je nog kans maakt om een baby te krijgen in 2021 of dat er weer een jaar voorbij zal gaan. 
Of, wat als je net 1 voet in de stijgbeugel hebt en hoopvol in het zadel probeert te hopsen wanneer je paard er ineens vandoor gaat. Waardoor je achterover in het zand valt en weer tijd nodig hebt om weer op te krabbelen en weer ongeduldig moet wachten tot er een nieuw paard verschijnt (de miskraam of buitenbaarmoederlijke zwangerschap). Ellende op ellende zonder een sprankje hoop of vooruitzicht. Ik hoor behoorlijk wat hele prille zwangerschapsaankondigingen, frustraties van maand na maand dat het niet lukt of het verdriet van de ongunstige prille afloop. Juichend sta ik langs de zijkant van de bak wanneer er weer twee streepjes worden doorgestuurd. Tegelijkertijd mijn hart vast te houden voor de slopende periode die volgt en 37-40 weken niet zal ophouden. Maar hoopvol wensend: Laat deze blijven plakken alsjeblieft, laat deze moeder niet wéér opnieuw moeten opkrabbelen en achteraan in de rij moeten aansluiten. 

MEIKE

Plaats een reactie